Belgische kwaliteit en duurzaamheid als concurrentiële troeven

Vanaf nu maken we voor elk project de oefening of transport via het 
water een optie is.

Martin Vandereyt mag zich met recht en reden een pionier in de houtskeletbouw noemen. Vanuit zijn achtergrond als schrijnwerker was het altijd zijn grote droom om woningen in hout te bouwen. Toevallig kwam hij in de jaren tachtig terecht bij een bedrijf dat met houtskeletbouw was gestart. “De aanpak was eerder bric-à-brac en ik dacht dat het beter moest kunnen. Dus begon ik de  constructiemethode grondig te bestuderen en te experimenteren met verbindingen, technieken, waterproeven... Mijn inspiratie zocht ik voornamelijk in Zwitserland en Oostenrijk waar houten huizen toen al de norm waren. Uiteindelijk slaagde ik erin om een houtskeletbouwconcept met unieke verbindingselementen te ontwikkelen dat het Europese CE-certificaat kreeg. En dit hebben we doorheen de jaren steeds verder geperfectioneerd.” 

Ontegensprekelijke troeven

Toen Martin Vandereyt en zijn echtgenote Fabienne Wirix in de jaren negentig besloten om (naast hun zelfstandige activiteit als interieurbouwer) houtskeletbouw te commercialiseren, kregen ze meteen de wind van voren. De ‘disbelievers’ hadden echter ongelijk, want vandaag is het familiebedrijf een van de grote namen in dit domein. “Er zijn nu eenmaal ontegensprekelijke voordelen aan deze constructiemethode”, vertelt de zaakvoerder. “Eerst en vooral is hout een biobased materiaal in de echte zin van het woord. Daarnaast hebben we geen last van extreme weersomstandigheden omdat we altijd voor een maximale productie in het atelier hebben gekozen. Hierdoor kunnen we ook een exacte leveringsdatum bepalen. Dankzij onze unieke verbindingsoplossingen kunnen we stevige woningen bouwen met overspanningen tot twaalf meter. Er zijn geen beperkingen qua afmetingen en er is een enorme architecturale vrijheid. In tegenstelling tot traditioneel metselwerk kan je met houtskeletbouw immers zowat alle vormen creëren. Bovendien komen we op de werf niet voor onaangename verrassingen te staan. Alles wordt in de conceptfase minutieus uitgetekend. Vervolgens worden onze machines met deze digitale plannen aangestuurd. Dit zorgt ervoor dat we kant-en-klare elementen leveren, inclusief alle mogelijke doorgangen, uitsparingen, ramen, vloeren en zelfs technieken. Logischerwijze worden op die manier fouten en afval tot een absoluut minimum gereduceerd, wat eveneens de duurzaamheid ten goede komt. Een extra voordeel is dat de woning op de werf razendsnel kan worden gemonteerd, waardoor daar aanzienlijk op (het transport van) mankracht kan worden bespaard. Dit alles heeft ervoor gezorgd dat we intussen een stevige reputatie hebben wat betreft het bouwen van houtskeletbouwwoningen en -villa’s. 

Duurzaam in het kwadraat

De Martin Vandereyt Groep heeft wel geduld moeten uitoefenen vooraleer echt door te breken. “Het is pas rond 2005 dat onze business in een stroomversnelling is geraakt”, aldus Fabienne Wirix. “Opeens was duurzaamheid trendy, terwijl dat voor ons altijd een evident gegeven was. Zo hebben we er altijd naar gestreefd om onze woningen zo ecologisch mogelijk te maken. We experimenteerden onder meer met verschillende natuurlijke isolatiematerialen, integreerden waar mogelijk PV-panelen en warmtepompen, zochten naar manieren om een maximale luchtdichtheid te bereiken… Het resultaat is dat onze woningen momenteel een negatieve EBP-score halen, waardoor ze dus nog duurzamer zijn dan de voorgeschreven normen in België die op zich al tot de strengste van Europa behoren.”

Groter atelier noodzakelijk

Het is dankzij deze hoge duurzaamheid (in combinatie met de hoogkwalitatieve afwerking) dat de Martin Vandereyt Groep weinig last heeft van buitenlandse concurrenten die met goedkopere oplossingen uitpakken. Meer nog, het familiebedrijf haalt sinds enkele jaren geregeld grote orders binnen. In die mate dat de zaakvoerders in 2020 op zoek moesten naar een grotere uitvalsbasis. Die vonden ze in Dilsen-Stokkem, waar ze vandaag opereren vanuit een 27.000 m² grote productiesite. “De verhuis was voor een deel noodzakelijk omwille van een groot project in Wallonië”, aldus Martin Vandereyt. “Tegelijkertijd leidde dit order een nieuwe fase in voor ons bedrijf: de productie van  volledig modulaire woningen. We kregen immers de opdracht om 114 appartementjes van 4,7 x 12 meter te bouwen die tot vier hoog stapelbaar waren. Deze modulaire units waren net klein genoeg om kant-en-klaar via uitzonderlijk vervoer op de werf te leveren.”

Modulaire woningen in de lift

De Martin Vandereyt Groep kreeg de smaak van modulair bouwen (in combinatie met 2D houtskeletbouw) te pakken. Het is een aanbod dat ook de bouwpromotoren wel kunnen smaken, met als gevolg dat het orderboekje van dit bedrijf momenteel goed gevuld is. Onlangs was er nog de bestelling van 26 modulaire vakantiewoningen die in Camping en Villapark de Paardekreek in het Nederlandse Kortgene op palen in het Veerse Meer werden geïnstalleerd. “Ook daar gaf onze kwaliteit en hoge duurzaamheidsgraad de doorslag”, vertellen de zaakvoerders. “Het mooie is dat we dankzij dit project op ecologisch vlak een nieuwe stap vooruit hebben gezet. De huisjes worden immers in hun geheel per vijf stuks over het water naar de bestemming getransporteerd, een tocht van 230 kilometer!"

Interessante transportmodus

Nu alle modulaire vakantiewoningen succesvol zijn geleverd, besliste de Martin Vandereyt Groep om maximaal van deze transportmodus gebruik te maken. “Uitzonderlijk vervoer via de weg vergt enorm veel administratie en is ook tijdsintensief omdat het hele traject in kaart moet worden gebracht”, vertelt Fabienne Wirix. “Zo mag er niet in konvooi worden gereden en omwille van de afmetingen is er per unit een begeleidingswagen voor uitzonderlijk vervoer vereist. In geval van de vakantiewoningen was transport via het water trouwens de enige oplossing. Met een nokhoogte van zes meter zouden ze tijdens het transport over de weg immers onder geen enkele brug passen. We hadden ze dus in twee delen moeten fabriceren, wat gezien de uitzonderlijke architecturale vorm met vele schuine vlakken weinig evident was.” Uiteraard duurt het transport via het water langer dan over de weg. Toch blijkt het verschil goed mee te vallen. De binnenvaartschepen met de vakantiewoningen bereikten hun bestemming na ongeveer dertig uur. Met uitzonderlijk wegtansport hadden ze er twee nachten van twaalf uur over gedaan. Martin Vandereyt: “Deze levering heeft ons overtuigd om resoluut voor deze modal shift kiezen. Vanaf nu maken we voor elk project de oefening of transport via het water een optie is. De ecologische winst moet natuurlijk wel voldoende hoog zijn: het heeft weinig zin om een woning via scheepvaart naar een werf in pakweg Mol te brengen.”