CFE pakt uit met sterk jaarrapport en recordaantal orders
De aannemersgroep CFE presenteerde zopas een ijzersterk jaarrapport. Zowel de omzet als de resultaten zijn flink gestegen. Ze bevinden zich nu op hetzelfde niveau of zijn zelfs hoger dan in 2019. Dat maakt duidelijk dat CFE de gevolgen van de pandemie al helemaal heeft verteerd. Ook de vooruitzichten zijn uitstekend: het orderboek van de hele groep zit met 7,5 miljard € op een recordniveau.
Het beursgenoteerde CFE keert dit boekjaar geen dividend uit. Dat heeft te maken met de eerder aangekondigde afspliting van het maritieme dochterbedrijf DEME, dat in de loop van dit jaar afzonderlijk naar de beurs wordt gebracht. De geplande transactie omvat een partiële splitsing van CFE, met een overdracht van haar volledige participatie in DEME nv naar een nieuwe onderneming die de naam DEME Group zal dragen.
De splitsing moet zorgen voor twee topspelers in hun respectieve domeinen en zal automatisch leiden tot de overdracht van een aanzienlijk deel van het eigen vermogen en van de uitkeerbare reserves van CFE aan de nieuwe onderneming. Daarom wordt het eigen vermogen van CFE versterkt. Vanaf 2023 zal CFE de uitkering van een dividend hernemen. De splitsing moet zowel de maritieme diensten als contracting en vastgoedontwikkeling in de toekomst in staat stellen om zich te ontwikkelen als twee onderscheiden, autonome en solide beursgenoteerde vennootschappen, elk met hun eigen governance.
Op het ogenblik van de splitsing zullen alle aandeelhouders van CFE een aandeel van DEME Group ontvangen voor elk aandeel van CFE dat zij bezitten. De voorbereiding van deze operatie is bezig en zal nog verschillende maanden duren. Het is de bedoeling dat de transactie in de zomer van dit jaar wordt afgerond. De Antwerpse investeringsmaatschappij en meerderheidsaandeelhouder Ackermans & van Haaren en het Franse bouwbedrijf VINCI, die een belang in CFE hebben van respectievelijk 62,1% en 12,1%, steunen de partiële splitsing.
Vooruitzichten
Behoudens uitzonderlijke gebeurtenissen verwacht CFE een gematigde groei van de omzet en een blijvend hoog niveau van het nettoresultaat. Met een goed gevuld orderboek zou CFE Contracting een verdere groei van haar activiteit moeten realiseren en haar operationele resultaat verder blijven verbeteren. Het nettoresultaat van BPI zou op een hoog niveau blijven, zonder evenwel dat van 2021 te evenaren. De pool Holding zou, indien de gezondheidssituatie niet opnieuw verergert, baat moeten hebben bij het herstel van de activiteiten in Vietnam en zou haar bijdrage aan het nettoresultaat van de groep moeten verhogen.
De omzet van CFE Contracting bedraagt 1.039,7 miljoen €, een stijging met 14% tegenover 2020 en met 4,1% tegenover 2019. In de divisie Bouw is de activiteit zeer sterk toegenomen in Polen, waar CFE erin geslaagd is zich met succes te positioneren op de markt van de bouw van logistieke centra en industriële gebouwen. In België stijgt de omzet langzaam maar blijft onder het niveau van 2019. De nadruk ligt meer dan ooit op selectiviteit en operationele uitmuntendheid.
De divisie multitechnieken (VMA) noteerde eveneens een sterke omzetstijging (+19%). Deze groei werd gestimuleerd door enkele grote projecten waarin VMA zijn verschillende kernactiviteiten combineerde om de klanten een globale technologische oplossing aan te bieden. Ook de activiteit van de divisie Rail & Utilities (MOBIX) nam in 2021 toe, dankzij verschillende grote spoorprojecten en de versnelling van het Luwa-project (de vervanging van de openbare verlichting langs de hoofdassen in Wallonië).
Divisie Bouw
De evolutie van de bedrijfsresultaten van de divisie Bouw is gecontrasteerd. Het orderboek bedroeg op 31 december jl. 1,57 miljard €, een stijging met 5% vergeleken met een jaar eerder. In Polen en Luxemburg blijven de resultaten zich verbeteren. CFE Polska realiseerde in 2021 haar beste resultaat ooit. In Brussel en Wallonië werd BPC na twee moeilijke jaren weer winstgevend. Anderzijds blijft de activiteit in Vlaanderen verlieslatend als gevolg van operationele moeilijkheden op verscheidene bouwplaatsen, waarvan de meeste bijna voltooid zijn. Globaal verbetert de bedrijfsmarge van Bouw van 0,3% in 2020 naar 1,3% in 2021.
VMA noteert een stabiel bedrijfsresultaat tegenover 2020, terwijl het bedrijfsresultaat van MOBIX gestegen is dankzij verscheidene grote spoorprojecten die tot tevredenheid van de klant werden uitgevoerd zoals de uitrol van een automatisch stopsysteem wanneer een rood signaal wordt genegeerd.
Het vastgoedbestand bedroeg eind vorig jaar 190 miljoen €. Een veertigtal projecten zijn momenteel in ontwikkeling, goed voor 477.000 m² (deel van de groep), waarvan 68.000 m² in aanbouw is. Nadat er in 2020 veel nieuwe projecten werden verworven, werd 2021 gekenmerkt door de consolidatie van het bestand en de rotatie van de portfolio. In het Brusselse Gewest werden in het eerste semester 2021 verschillende belangrijke residentiële projecten opgeleverd. Meer dan 95% van de appartementen van deze projecten is verkocht.
Vastgoedprojecten
De bouw en de commercialisering van Patio (Erasmus Gardens, Anderlecht) schieten goed op. Verschillende projecten verkregen in het tweede semester hun bouwvergunning: PURE en Serenity Valley in Oudergem (Brussels Gewest) en Brouck'R (Brussel-stad). De commercialisering en de sloop- en grondwerken werden intussen gestart.
Eind december verkocht BPI 50% van het project Samaya aan AG Real Estate. Het betreft een industriële site van ongeveer 11 ha nabij het station van Ottignies dat in een duurzaam gemengd project zal getransformeerd worden met nieuwe appartementen, commerciële ruimtes en andere diensten. De sloopwerken werden voltooid en op een deel van de site werden de sanerings- en wegenwerken gestart.
In Luik hebben BPI en haar partner in juli de verkoop afgerond van de vennootschap Ernst 11, de eigenaar van een kantoorgebouw van 5.000 m² dat op lange termijn wordt gehuurd door het FOREM (project Renaissance). Daarnaast verkreeg BPI de bouwvergunning voor de John Martin's-site in Antwerpen. De gedeeltelijke verkoop van een blok aan de stad is afgerond.
In Luxemburg worden momenteel vier projecten gebouwd en gecommercialiseerd. Bijna alle residentiële eenheden zijn verkocht. In juni 2021 hebben BPI Luxemburg en haar partner en copromotor een openbare aanbesteding gewonnen voor de aankoop van een grondpositie op de site Belval, in het zuiden van de stad Luxemburg.
Hier zal een gemengd project worden ontwikkeld met 2.100 m² handelszaken, 7.000 m² kantoren, 10.500 m² wooneenheden en 260 parkeerplaatsen. De bouw en de commercialisering zouden in 2023 van start moeten gaan, nadat de bouwvergunningen verkregen zijn. De bouw van de kantoorpanden (3.700 m²) van het project Origin werd eind 2021 voltooid. De oplevering wordt in het eerste kwartaal van dit jaar voorzien.
In Polen heeft BPI een grondpositie in Gdansk (project Sadowa) verkocht, evenals alle commerciële oppervlakten (5.000 m²) van het project Bulwary Ksiazece (Wroclaw), dat eind 2020 werd opgeleverd. In de loop van het jaar werden bovendien drie nieuwe sites gekocht. Daaronnder een grondpositie vlakbij het centraal station van Warschau waarop ongeveer 240 wooneenheden (17.000 m²) zullen worden gebouwd. Voorts werd een terrein verworven in de wijk Mokotow, in het hart van een van de belangrijkste zakencentra van Warschau. Deze site beschikt reeds over een stedenbouwkundige vergunning. BPI zal er een concept van micro-living met verhuring ontwikkelen. Het programma zal ongeveer 600 wooneenheden tellen.
Het eerste, de pool Baggerwerken, Milieu, Offshore en Infra activiteiten, wordt verzorgd door DEME, een 100%-filiaal en één van de wereldleiders in zijn specialiteit. DEME beschikt over een moderne, polyvalente vloot met de nieuwste technologie.
Het tweede, de pool Contracting, omvat de activiteiten bouw, multitechnieken en spoor in België, Luxemburg en Polen. De pool Vastgoedontwikkeling groepeert de vastgoedprojecten die BPI in België, Luxemburg en Polen ontwikkelt.
De groep CFE telt momenteel meer dan 8.000 medewerkers en is op alle continenten aanwezig. CFE is op Euronext Brussel genoteerd en is voor 62,10% in handen van de Antwerpse investeringsmaatschappij Ackermans & van Haaren.