NSVV nuanceert gezondheidsrisico's ledverlichting
De Gezondheidsraad in Nederland stelt dat dringend onderzoek nodig is naar de gezondheidsrisico's van het toegenomen gebruik van ledlampen. De moderne led's zouden een veel grotere lichtsterkte hebben en relatief 'blauwer' zijn dan traditionele lampen. Dit zou negatieve effecten hebben voor de biologische klok en zelfs oogaandoeningen kunnen veroorzaken. De Gezondheidsraad vindt dat de consument hierop gewezen moet worden. De Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV) zegt op basis van wetenschappelijke kennis dat de risico's veel groter werden ingeschat dan ze daadwerkelijk zijn en zwakt de gezondheidsrisico's van het toegenomen gebruik van ledlampen af.
'We weten dat het blauwe licht dat in ledlampen zit potentieel schadelijk is voor de ogen, maar het is onduidelijk of de mate waarin we eraan blootgesteld worden schadelijk is. Steeds meer mensen kijken er steeds langer naar. Waar ligt de grens en gaan we daar niet met zijn allen overheen'', vraagt de Gezondheidsraad. De instelling pleit tevens voor de ontwikkeling van producten die ledlicht met minder blauw afgeven.
De Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV), waarbij sinds 1937 honderden professionals uit de lichtwereld als vrijwilliger aangesloten zijn, beantwoordt kennisvragen vanuit de verschillende lichtkennisgebieden. Zij adviseert particulieren, overheden, onderwijsinstanties en het bedrijfsleven over nieuwe lichttechnologieën, maar ook over energieverbruik. De stichting zet ook in op nieuw lichtonderzoek en deelt kennis via uitstappen, congressen en workshops. Ook de (inter)nationale normen en richtlijnen worden op de voet gevolgd. Dit wordt toepasbaar gemaakt door publicaties met richtlijnen voor de dagelijkse praktijk.
De NSVV nuanceert met drie argumenten de waarschuwing van de Gezondheidsraad. Het klopt dat leds steeds meer worden toegepast. De stelling dat door deze toename van leds de blootstelling aan blauw licht groter wordt, is volgens de stichting echter te kort door de bocht. Het blijkt namelijk dat witte leds niet per definitie rijker aan blauw licht zijn dan andere (traditionele ) lichtbronnen. Het is vooral het toegenomen gebruik van licht (niet noodzakelijk blauw) laat in de avond en nacht dat verstorend werkt op het slaapritme en de biologische klok.
{C}
Mensen hebben van nature een reflex om weg te kijken van een lichtbron met een te grote helderheid.
{C}
Begin deze eeuw zijn extra receptoren (cellen) in onze ogen ontdekt die geen rol spelen bij het zien, maar wel bij de sturing van onze biologische klok. Lichtblootstelling op het verkeerde moment van de dag (bv. 's avonds) kan ervoor zorgen onze biologische klok wordt verstoord. De Gezondheidsraad stelt dat de receptoren het meest gevoelig zijn voor het blauwe licht van ledlampen in beeldschermen. Maar de algemene wetenschappelijk consensus op dit moment is anders.
'Ook het groen/gele deel van het lichtspectrum speelt een rol bij het aansturen van onze biologische klok. Daar komt bij dat uit onderzoek blijkt dat meer lichtblootstelling gedurende de dag ervoor zorgt dat licht in de daaropvolgende avond of nacht een minder grote verstorende invloed heeft op onze biologische klok en onze slaap. Het gaat dus niet enkel om blauw licht, maar ook om groen/geel licht én vooral om het tijdstip van blootstelling, waarbij ook de hoeveelheid licht die men eerder heeft ontvangen meetelt. Door bovenstaande factoren menen we dat de effecten van leds die veel blauw bevatten minder groot zijn dan door de raad wordt gesuggereerd', aldus de NSVV.
Door de ontwikkeling van ledtechnologie worden zowel de lampen als de beeldschermen lichtsterker, wat volgens de Gezondheidsraad kan leiden tot het beschadigen van het netvlies, ook wel 'blue-light hazard' genoemd. Toch is het risico hierop kleiner dan het lijkt. Ledlampen zijn voorzien van lenzen, diffusoren en reflectoren om het licht te sturen waardoor men in normale gebruikssituaties nooit direct in de lamp kijkt.
Bovendien moet elke lamp die in de EU op de markt verschijnt, voldoen aan de veiligheidsstandaard. Ook geldt dat mensen van nature een reflex hebben om weg te kijken van een lichtbron met een te grote helderheid. Als laatste geldt dat de lichtintensiteiten waaraan we als gebruiker van lampen en beeldschermen worden blootgesteld veel kleiner zijn dan wanneer we ons buiten in het daglicht of het zonlicht bevinden.
De NSVV deelt wel de visie van de Gezondheidsraad dat het zinvol is om te onderzoeken in welke mate het toegenomen gebruik van beeldschermen (o.a. tablets, e-readers, mobiele telefoons) een effect heeft op het tijdstip en de mate van blootstelling aan kunstlicht. Zo kunnen burgers goed worden ingelicht over de potentiële effecten van licht op het bioritme, de slaap, het welzijn en de gezondheid. Tevens blijft het belangrijk om vooral overdag bloot te staan aan voldoende licht en in de late avond en nacht het gebruik van zacht kunstlicht te beperken.