De Notenkraker wordt eerste Vlaams Abbeyfieldproject
In mei starten in het Leuvense Janseniushof de bouwwerken aan het Abbeyfieldhuis De Notenkraker, een cohousingproject voor senioren waarin twee koppels en elf singles vanaf volgend jaar afzonderlijk samen gaan wonen en zorg dragen voor elkaar.
De Abbeyfield-beweging ontstond in 1956 in Londen, waar zich het eerste huis bevond in Abbeyfield Road; vandaar de naam. Abbeyfield Belgium is actief sinds 1995; de vzw Abbeyfield Vlaanderen werd opgericht in 2011, is gevestigd in Vilvoorde en wordt voorgezeten door Charlotte Bevernage-Pauwelyn.
De 15 bewoners van De Notenkraker, genoemd naar het wereldbefaamde ballet op muziek van Tsjaikovski, betrekken 13 volwaardige huurflats van 43 tot 92 m² in een centrale woonblok. Alle appartementen beschikken over een inkomhal, een woonkamer, een ingebouwde keukenhoek, één slaapkamer (één appartement heeft twee slaapkamers), een berging, een terras, een badkamer met inloopdouche, een lavabo en een toilet.
Gemeenschappelijke delen
Daarnaast kunnen de bewoners gebruik maken van een aantal gemeenschappelijke delen en voorzieningen op 360 m². Tot de gemeenschappelijke ruimtes, die fungeren als ontmoetingsplaatsen, behoren een gemeenschappelijke inkomhal met lift, een grote huiskamer, een open keuken met kookeiland, een was- en strijkplaats of hobbykamer, een technische ruimte, een fietsenstalling en een terras met een tuin van 107 m². Daarnaast is er nog een gastenkamer met badkamer.
In De Notenkraker kunnen de medebewoners elkaar in de gemeenschappelijke ruimtes regelmatig ontmoeten en in een vorm van spontane mantelzorg voor elkaar zorgen, zodat ze omringd door gelijken op een aangename manier langer thuis kunnen blijven wonen. De gemeenschap beheert het complex en bepaalt zelf haar leefregels en huishoudelijk reglement, maar kijkt er wel op toe dat minstens eenmaal per week samen wordt gegeten. De Notenkraker bevindt zich bovendien in een nieuwe woonsite in de Janseniusstraat, in volle stadscentrum dichtbij alle winkels en diensten.
Voor de bewoners wordt geen maximale leeftijdsgrens opgelegd, maar men gaat ervan uit dat iedereen bij de instap zelfstandig kan wonen. Vzw Abbeyfield “De Notenkraker” volgt de bouwwerken op en begeleidt de start en de werking van het complex. De bewoners kunnen er in een gezonde mix van zelfstandig actief en sociaal leven zelfstandig samen wonen temidden van gelijkgestemden en op een prettige manier oud worden. Abbeyfieldprojecten als dit vormen dan ook het beste medicijn tegen de vereenzaming van senioren: deze laatsten behouden hun privacy en genieten alle voordelen van het leven in een gemeenschap zonder dat dit een commune wordt. Bovendien is hun vrijheid en actieve zelfstandigheid veel groter dan in een woonzorgcentrum of een rust- en verzorgingstehuis.
Hechte band
De woningen van De Notenkraker worden officieel geduid als assistentiewoningen, waarbij de bewoners indien gewenst een beroep kunnen doen op thuishulp. Het ligt echter ook voor de hand dat ze mettertijd een hechte groep zullen vormen en dat tussen hen een spontane solidariteit groeit waarbij ze elkaar indien nodig kunnen voorthelpen en opvangen.
De initiatiefnemers stimuleren trouwens deze groepsvorming en netwerking door reeds vóór de inhuizing van de bewoners ontmoetingsavonden en -weekends te organiseren waar niet alleen wordt gewandeld, gekaart en een pint gedronken, maar ook technieken worden aangeleerd om conflicten te ontmijnen en op te lossen en in gemeenschappelijk overleg beslissingen te nemen. Tijdens de bewoning beheert de groep gezamenlijk de residentie en kiest ze wat ze samen willen doen, van uitstapjes over etentjes tot buurtfeesten.
Suzy Huijghebaert, één van de vrijwilligers achter de Vlaamse Abbeyfieldhuizen, wijst erop dat alle flats van De Notenkraker rolstoelvriendelijk zijn en dat de bewoners moeten “gecoöpteerd” (lees: tijdens een geheime stemming aanvaard) worden. “Abbeyfield presenteert zich als een vrijwilligersorganisatie die voor ieder nieuw project op zoek gaat naar een partner zoals een huisvestingsmaatschappij, een OCMW of privé-investeerders om één of meer flats te kopen en op lange termijn tegen een vast rendement te verhuren aan de vzw die voor ieder project wordt opgericht. De bewoners delen de gemeenschappelijke kosten en leggen tevens een beperkte reserve aan, waaruit kan worden geput wanneer een flat vrijkomt zodat niet overhaast op zoek moet gegaan worden naar een geschikte nieuwe bewoner. De spontane mantelzorg die dergelijke woongemeenschappen creëren, leveren een terugverdieneffect op voor onze maatschappij en verdienen dus eigenlijk wel steun van de overheid”, oppert ze.