Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Bouwprojecten

Dubbele beweegbare brug is primeur

Aanleg A11 zit op schema   De werken aan de A11 hebben inmiddels al driekwart van hun weg afgelegd. Deze nieuwe 12 km lange autosnelweg zal het havenverkeer scheiden van het lokale verkeer. De dubbele beweegbare brug over het Boudewijnkanaal, de blikvanger van deze nieuwe autosnelweg, is een primeur voor Vlaanderen en voor België.

Eén van de twee brugdelen van de beweegbare brug.

Het A11-traject loopt van aan de N31 Brugge-Zeebrugge tot de N49 in Westkapelle. Voor de volledige realisatie is een periode van 3,5 jaar voorzien, waarvan nog één jaar te gaan. De A11 is een publiek-private samenwerking en maakt het onderwerp uit van een dbfm-overeenkomst (zie kader ‘Via A11’). Enkele cijfers: bij de werkzaamheden komt ongeveer 3 miljoen m³ grondverzet kijken. In het traject zijn twee grote en drie kleine verkeerstunnels ingebed, alsook twee spoortunnels en twee vaste bruggen over het Leopoldkanaal en het Schipdonkkanaal. In het traject zit meer dan 1,5 km viaduct en om en bij de 300.000 m³ beton . Maken eveneens deel uit van het traject: drie nieuwe verkeerswisselaars (in Westkapelle op de N49, in Brugge op de N31, en aan de Alfred Ronsestraat op de N50) en twee beweegbare bruggen over het Boudewijnkanaal. Deze laatsten worden het kroonjuweel van de A11.

Gerichte investering

“Deze gerichte investering maakt de belangrijke verbindingsweg tussen de haven en het binnenland veiliger en vlotter voor het wegverkeer. De A11 is een snelle en efficiënte manier van verbinden zonder de omgeving te belasten. Efficiëntie en verkeersveiligheid zetten hier duidelijk een grote stap voorwaarts”, aldus Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts, die sprak van een perspectiefwekkende investering op verschillende vlakken.

“Er werd niet enkel geïnvesteerd in 12 km wegeninfrastructuur tussen de N31 en de N49, maar ook in aanvullende  infrastructuur, onder meer 15 km fietspaden, fietstunnels en de verbetering van een aantal lokale wegen. Uiteraard wordt ook dat andere vervoersalternatief, de waterweg, ten volle benut, om zoveel mogelijk vrachtverkeer van de weg te halen. Het sluitstuk - de beweegbare brug op de A11 autosnelweg - is een primeur voor Vlaanderen en voor het ganse land. Kleinere schepen zullen er onderdoor kunnen varen, en ook grote schepen zullen, één- of tweemaal per dag, onder een geopende brug kunnen doorvaren. Het Agentschap Wegen en Verkeer voert deze diversiteit aan werken uit met respect voor het open polderlandschap. Ik ben ook trots te mogen melden dat over het volledige traject van de A11 geïnvesteerd werd in negen ecopassages.” 

Verkeerswisselaar vervangt brilrotonde

“Wat het verkeerstechnische aspect betreft wordt een deel van het zogenaamde ‘Hollands Complex’ – op het grondgebied van de Zeebrugse achterhaven - in dienst genomen. Concreet betekent dit dat de twee bestaande rotondes – met daar tussenin de spoorwegovergang - verdwijnen.  De kruising met het spoor wordt vervangen door een conflictloze kruising bovenop de gerealiseerde spoorkoker. Dit impliceert dat alle verkeer komende uit Knokke en Westkapelle over de nieuwe brug het spoor zal kruisen en vervolgens aansluiten op de Alfred Ronsestraat en de Margareta Van Oostenrijkstraat”, aldus Koen Thys van het Agentschap Wegen en Verkeer en A11-projectleider.

“Voor het plaatsen van de beweegbare bruggen over het Boudewijnkanaal wordt de Havenrandweg Zuid afgesloten en het vrachtverkeer gedurende anderhalve dag door de dorpskern van het landelijke Dudzele geloodst. De plaatsing van de twee brugonderdelen zelf zal telkens ongeveer 48 uur in beslag nemen. Een gigantische drijvende bok, de Matador 3, tilt de bruggen op en plaatst deze geleidelijk en gecontroleerd over de pijlers.”

Unicum

Het grote verschil tussen de beweegbare brug en voormelde spoorwegbrug - die naast de A11-bruggen ligt, en eveneens over het Boudewijnkanaal gaat -, is de onderdoorvaarhoogte. Bij de spoorwegbrug bedraagt deze slechts 7 m, terwijl dit onder de beweegbare bruggen van de A11 15 m is. De dubbele beweegbare brug is een unicum voor ons land. Nog geen enkele Belgische autosnelweg heeft een brug die omhoog kan, en daardoor het snelwegverkeer verplicht om even te stoppen voor een rood licht. In Nederland wordt dit systeem al langer toegepast. Bij onze noorderburen zijn verschillende vergelijkbare projecten gerealiseerd. De ‘Vechtbrug Breukelen’ in Utrecht en de brug die deel uitmaakt van de A15 in de Rotterdamse haven zijn twee voorbeelden.

Van werkplaatsen naar kade

Elke beweegbare brug vertegenwoordigt ongeveer 1.000 ton staal. De brugonderdelen werden vervaardigd door de firma Victor Buyck in de werkplaatsen in Eeklo en in Wondelgem, daarna via een ponton getransporteerd, de Westerschelde rondgevaren, en uiteindelijk via de Vandammesluis de haven van Zeebrugge binnengevaren. In de achterhaven werden de brugonderdelen van het ponton gereden en rechtgezet op de kade, waar ze voort werden afgemonteerd.

Daarna volgt het invaren en plaatsen van de beide brugdelen zelf. Eerst werd de ene brughelft, rijrichting Brugge, ingevaren en aangebracht. Deze plaatsing stond gepland op 12 en 13 november, maar kon – door de weersomstandigheden, windkracht 5 beaufort – pas op 15 en 16 november worden uitgevoerd. De plaatsing van de tweede brug zal, afhankelijk van de weersomstandigheden, wellicht eind november worden uitgevoerd.

Matador 3

Hoe werd dit secure en tijdrovende werk in de praktijk uitgevoerd? “Het brugdeel dat in de haven op de kade ligt, wordt naar het water gebracht en op een ponton geplaatst. Daarna wordt het ponton tot vlakbij het A11-viaduct gevaren. Het havenverkeer wordt stilgelegd en het Boudewijnkanaal afgesloten”, aldus Koen Thys: “Eenmaal ter plaatse wordt het brugdeel aangepikt en opgetild door de drijvende bok Matador 3. Het wordt tot boven de pijlers gebracht en zakt daarna heel langzaam en nauwkeurig naar beneden, zodat het precies over de vijzels en de draadstangen past.” De plaatsing van de tweede brughelft, rijrichting Knokke, gebeurt volgens hetzelfde procédé.

Ballastkist

Vervolgens zal de ballastkist van de brug gevuld worden met beton. Door dit tegengewicht komt de brug volledig in evenwicht. Het beton in de ballastkist moet eerst uitharden. “Daarna worden de cilinders en de elektrische kabels definitief gekoppeld en de hydraulische pompen geactiveerd om de brug te kunnen openen.

De brug wordt voor de eerste maal langzaam opengezet. Bedoeling is dat de brug enkele maanden ‘open’ blijft, om het laatste stuk rijweg dat nog moet worden aangelegd te kunnen voltooien. Alles moet gebruiksklaar zijn voor de opening van de A11 in het najaar van 2017”, aldus nog Koen Thys.

Aansluitingscomplex vervangt rotondes

Inmiddels is het nieuwe aansluitingscomplex van de A11 met de Zeehaven van Brugge gedeeltelijk in dienst. Het verkeer tussen Brugge en Westkapelle verloopt niet meer via de brilrotondes, maar via het aansluitingscomplex. Drie takken van dit aansluitingscomplex zijn inmiddels klaar: de nieuwe oprit richting Brugge, het vernieuwde deel van de Margareta van Oostenrijkstraat en de nieuwe Alfred Ronsestraat, met bijhorend kruispunt dat de verbinding maakt met deze vernieuwde straat en de Azië-straat. Op dit kruispunt staan inmiddels definitieve verkeerslichten. De overige takken, en op- en afritten van het aansluitingscomplex, zullen klaar zijn in de zomer van 2017.

Alles draait om coördinatie

Van het team dat de bouw van de beweegbare brug van A tot Z opvolgde, maakten onder meer de bedrijven Jan De Nul, Victor Buyck, Fabricom – voor het elektromechanische gedeelte, met Demako als onderaannemer voor de mechanica –, en studiebureau Grontmij deel uit. Ir. Geert Versweyveld van Jan De Nul nv licht toe: “Beide brugonderdelen werden uiteraard simultaan ontworpen en gebouwd, maar worden afzonderlijk ingevaren. Bij het ontwerpen en bouwen van een dergelijke basculebrug draait rond alles een goede coördinatie van de diverse specialismen: de bouwkunde van de fundering (de betonwerken), de elektromechanica, de staalbouw… Reeds in de ontwerpfase worden alle details die verband houden met het functioneren van de brug ten gronde bestudeerd en onderling afgetoetst.”   

Scharnier(moment)

Joachim Coens, voorzitter en gedelegeerd bestuurder van de Maatschappij der Brugse Zeevaartinrichtingen (MBZ), noemde het plaatsen van de beweegbare brug een ‘scharniermoment’ voor de toekomst van de haven.

“Er is enerzijds het surplus van het efficiënter en vlotter wegverkeer naar de haven. 60 tot 65% van het havengerelateerde verkeer vindt plaats via de weg. Zeebrugge is in eerste instantie een roro-haven. Onze focus ligt op alles wat ‘on wheels’ getransporteerd wordt: naast auto’s, containers, en trailers zijn dat onder meer ook windmolens, transformatoren, enz. Anderzijds ontstaat er, door het scheepvaartverkeer onder de brug door, een belangrijke ontsluiting van de achterhaven tot aan de ringvaart rond Brugge. De ontwikkeling van de industriële activiteiten ten noorden van Brugge (Blauwe Toren), van de haven van Zeebrugge, en van lokale bedrijven hangt af van een goede ontsluiting en een vlotte mobiliteit. De A11 zal de haven van Zeebrugge een boost geven. Dat merken we nu reeds aan de positieve reacties van een aantal internationale bedrijven. Ze zijn bereid te investeren in de uitbreiding van de voorhaven, nu de achterhaven – onder meer via de nieuwe, beweegbare brug - beter zal ontsloten worden.” – PDC

 

Via A11

De A11 is een pps en een dbfm-overeenkomst (design, build, finance & maintain). Zowel het ontwerp, de bouw, de financiering als het onderhoud zijn in handen van de private projectvennootschap ‘Via A11’. Deze vennootschap bestaat uit private partijen enerzijds en Via Invest anderzijds. De private partijen zijn DG Infra+, Inframan, Aswebo, Aclagro, Ondernemingen Jan De Nul, Algemene Aannemingen Van Laere, en Franki Construct. Via-Invest is een samenwerkingsverband tussen AWV en Participatiemaatschappij Vlaanderen. – PDC

 

 

110 seconden   

De beweegbare brug over het Boudewijnkanaal zal enkel opengaan om grote schepen te laten passeren. Kleine schepen kunnen zonder problemen onder de brug van het A11-viaduct doorvaren. Bij het openen van de brug zal het naderende verkeer tijdig worden gewaarschuwd door variabele signalisatieborden. Deze waarschuwen de weggebruikers en geven informatie over de toegestane snelheid. Vlak voor de brug zullen uiteraard ook slagbomen de doorgang verhinderen. Het zal gemiddeld ongeveer tien minuten duren tot het schip gepasseerd is en het verkeer weer kan doorrijden. Het openen en sluiten van de brug - van nulpositie tot volledig rechtopstaand - zal 110 seconden in beslag nemen. – PDC

 

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten