Grootschalig woonproject op voormalige Electrabelsite in Aalst

Daarmee neemt de stad Aalst haar rol als pionier in grootschalige en CO2-neutrale stadsverwarming na vijftien jaar weer op. Burgemeester Christoph D’Haese gaf samen met de schepenen Caroline Verdoodt, Jean-Jacques De Gucht en Karim Van Overmeire, projectontwikkelaar Odebrecht en KRAS architecten, het officiële startschot voor de ontwikkeling van de eerste ‘gasloze wijk’ van Aalst.

 

Aalst is een stad die enorm in opmars is. De tweede stad van Oost-Vlaanderen heeft haar oude, industriële gewaad de voorbije jaren resoluut van zich afgeschud. Oude fabrieken maakten plaats voor woonprojecten en grootschalige nieuwe sport- en ontspanningsinfrastructuur. Het succes bleef niet uit.

 

Aalst telde in 2001 76.470 inwoners. Twintig jaar later zijn er al 87.332 ‘Oilsjteneirs’ en ‘Oilsjteneskes’. Statistiek Vlaanderen voorspelt bovendien dat Aalst in 2030 93.208 inwoners zal tellen. Met ‘Zuidkaai’ wil de Gentse projectontwikkelaar Odebrecht de nood aan nieuwe, duurzame en energiezuinige woningen in Aalst helpen lenigen.

 

“Aalst is al lang niet meer een stad die stilstaat. Wij richten resoluut de blik op de toekomst. Daarom willen wij – zo bewijst dit project – ook inzake stadsvernieuwing mee de maat aangeven in Vlaanderen. Groen en duurzaam wonen aan het water, dat is wat wij in Aalst de volgende generaties willen bieden”, verklaart burgemeester Christoph D’Haese.

 

Ook op het vlak van energietransitie zet de Oost-Vlaamse stad stevige stappen vooruit. Zo wordt de voormalige Electrabelsite binnenkort duurzaam verwarmd met restwarmte van de nabijgelegen Tereos-fabriek. Daarmee is de cirkel rond. Want tot 2006 werden heel wat woningen, scholen, fabrieken en andere gebouwen in de stad al verwarmd met stoom die afkomstig was van de elektriciteits- en stoomcentrale op de Electrabelsite. Op het hoogtepunt beschikte Aalst over een stoomnetwerk van bijna 50 kilometer en 3.500 aansluitingspunten.

 

Architectuur

 

De plannen voor de eerste fase van ‘Zuidkaai’ komen van de tekentafel van KRAS architecten uit Gent. Zij tekenden twee gebouwen – Kaaiman en Kaainest – die samen 50 appartementen met één tot vier slaapkamers omvatten. Kaaiman wordt een langwerpig gebouw met 31 woningen. De naam verwijst niet alleen naar de kaaien langs de Dender, maar door de typische vorm van de terrassen ook naar de krokodilachtigen. Deze vernieuwende vorm biedt bovendien meer ruimte en een 180° zicht.

 

Kaainest, een kleinschaliger gebouw op de eerste lijn aan het water, telt 19 appartementen. Ondergronds komen er een parkeergarage voor 65 auto’s, individuele bergingen en vier ruime fietsenstallingen. “Zuidkaai wordt niet alleen een architecturaal hoogstandje, de appartementen worden ook bijzonder duurzaam. Alle units worden bijna-energieneutraal en dankzij het warmtenet dat gevoed wordt met restwarmte van Tereos kunnen we met dit project de eerste gasloze woonbuurt van Aalst realiseren”, zegt Bart Elias, de CEO van Odebrecht.

 

“Met dit project blazen we nieuw leven in een oude industriële site die er al jaren verlaten bij ligt. Door de aanplanting van nieuw groen maken we bovendien een verbinding tussen het aanpalende stadspark en de natuurgebieden Osbroek en De Gerstjens. De iconische turbinehal en de fabrieksschouw worden trouwens bewaard en gerestaureerd. Over de definitieve invulling van de turbinehal denken we nog na. We hebben samen met de stad Aalst een traject opgezet om een kwalitatieve invulling te vinden voor de turbinehal. Vernieuwende ideeën zijn altijd welkom”, aldus Bart Elias.

 

Denderkaaien

 

De toekomstige bewoners kunnen niet alleen genieten van het uitzicht op het water en de bijzonder groene omgeving, Zuidkaai bevindt zich bovendien op wandelafstand van het stadscentrum met winkels, scholen, horeca en de sportfaciliteiten in Schotte en du Parc. Het woonproject past dan ook volledig in de ruimtelijke beleidsvisie ‘De Kaaien’, waarmee de stad Aalst de komende jaren de volledige loop van de Dender door de stad wil opwaarderen.

 

“Het woonproject Zuidkaai maakt van de voormalige Electrabelsite een inspirerend nieuw stadsdeel tussen de Dender en het stadspark. Wonen aan het water en aan het groen is en blijft een unieke combinatie. De imposante turbinehal blijft behouden, één oogopslag volstaat om te weten dat dit prachtige gebouw een enorm potentieel heeft”, besluit schepen van Ruimtelijke Ordening Caroline Verdoodt.