Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Bouwprojecten

Half miljoen ' voor Leuvense restauraties

De Leuvense gemeenteraad heeft de stadsbijdrage voor de restauratiefase 1 van het Arenbergkasteel in Heverlee goedgekeurd. Fase 1 omvat de oostvleugel en een gedeelte van de westvleugel. Het gebouw is eigendom van de KU Leuven. De bijdrage van de stad werd vastgelegd op 245.000 '. Dat is de bij decreet opgelegde 15% van de restauratiekostprijs die de stad moet bijdragen. Dezelfde som werd goedgekeurd voor de restauratie van het Hotel d'Udekem d'Acoz in de Minderbroedersstraat.

Half miljoen ' voor Leuvense restauraties

De daken van het Arenbergkasteel worden gerestaureerd en waar nodig ook de houten dakspanten. Het dak wordt ook geïsoleerd. Voorts worden de muren gereinigd en waar nodig zullen de bak- of natuurstenen worden vervangen. Het buitenschrijnwerk wordt hersteld en herschilderd. Er wordt dubbele beglazing geplaatst met het oog op energiezuinigheid.

Het Arenbergkasteel bevindt zich in een kasteelpark van 29 ha in Heverlee. Sinds de twaalfde eeuw stond hier de burcht van de Heer van Heverlee. In de loop van de volgende eeuwen verarmde deze familie, zodat de toenmalige heer in 1445 verplicht was de heerlijkheid te verkopen. Op die manier kwam het domein in handen van de Picardische familie van Croÿ. In de veertiende eeuw transformeerde Willem II van Croÿ de middeleeuwse burcht geleidelijk in een kasteel.

Het huidige gebouw in traditionele stijl met laatgotische en renaissance-kenmerken werd opgetrokken in de zestiende eeuw, maar onderging wijzigingen in alle daaropvolgende eeuwen. Nadat de laatste hertog Karel III van Croÿ in 1612 kinderloos overleed, kwam het kasteel via het huwelijk van zijn zus in handen van de hertogen van Arenberg. Deze Duitse familie bewoonde het kasteel tot aan de Eerste Wereldoorlog. Veel van de hertogen waren geboeid door wetenschap en onderhielden nauwe contacten met de universiteit. Nog vóór de oorlog uitbrak, wilde de toenmalige hertog het kasteel al afstaan aan de universiteit en het omliggende park voor een gunstige prijs aan haar verkopen. Door de oorlog en het feit dat de hertog Duits onderdaan was, legde de Belgische Staat echter in 1919 beslag op het domein.

In 1921 kwamen het kasteel en het park in handen van de KU Leuven. De universiteit gebruikt het als centraal gebouw voor de ingenieursfaculteit. In het kasteel zijn het departement Architectuur, Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening (ASRO) en het Raymond Lemaire International Center of Conservation (RLICC) gehuisvest. Het Arenbergkasteel vormt het centrum van de campus Exacte Wetenschappen. Het hoofdgebouw van het kasteel is sinds 1938 beschermd als monument. Karakteristiek zijn de twee grote hoektorens met perenspitsen, waarop telkens een Duitse adelaar prijkt. Willem van Croÿ stichtte ook het Celestijnenklooster op het kasteeldomein, vandaag de campusbibliotheek.

Sint-Pieterscollege

De stad Leuven trekt tevens 245.000 ' uit voor de restauratie van het Hotel d'Udekem d'Acoz. Dat gebouw is het oudste deel van het huidige Sint-Pieterscollege. In 1971 werd het als monument beschermd. In de loop van de jaren werd het verschillende malen verbouwd.

Met de restauratie wil men de oorspronkelijke luister van het oude pand maximaal herstellen. De originele delen worden gerestaureerd, de toevoegingen worden verwijderd. Nieuwe toevoegingen moeten het gebouw functioneel maken. Hierbij zocht A33 Architecten uit Leuven een evenwicht tussen functies die compatibel zijn met de historische context en die een moderne school nodig heeft. De lesfuncties worden verwijderd; in de plaats komen representatieve functies zoals een leerkrachtenlokaal, een computerlokaal, vergaderlokalen, individuele kantoren en gespreksruimtes. Om dit mogelijk te maken, wordt aan de speelplaatszijde een trappenhuis gebouwd.

Het voormalige Hotel d' Udekem d' Acoz gaat in oorsprong zeker terug tot 1640 toen het pand volgens de wijkboeken bewoond werd door hoogleraar Guilliam Maes. Het was aanvankelijk een breedhuis van vier traveeën, een souterrain en twee bouwlagen onder een leien zadeldak, met aan de straatzijde een vierkante (trap)toren en een aanpalend toegangsvolume. Het gebouw, opgetrokken in traditionele bak- en zandsteenstijl, wordt gekenmerkt door een zandkalkstenen plint, hoekkettingen, speklagen, vensters in negblokomlijstingen en een deur met bovenlicht en zandkalkstenen kalf.

Het breedhuis, dat oorspronkelijk vrij stond in een grote tuin, werd in het derde kwart van de achttiende eeuw uitgebreid met een L-vormige vleugel in classicistische stijl die gevormd wordt door twee verschillende volumes: één dat aansluit bij de oudste kern en de traptoren, en een lager volume dat reikt tot aan de straat. De oorspronkelijke traptoren lag nu in de oksel van het nieuwe complex. Tegelijkertijd werd het voorhof van de straat gescheiden door een bakstenen muur en een koetspoort in Lodewijk XV-stijl.

Het aartsbisdom kocht het goed in 1889 van Gérard F.X d' Udekem d'Acoz, die het bezat sinds 1851, en bracht er het Sint-Pieterscollege in onder; vandaar het opschrift boven de koetspoort 'Collegium / Sancti Petri'. In het kader van de bestemmingswijziging werd in 1890 het interieur aangepast door Joris Helleputte, o.m. door opsplitsing van de ontvangsthal. De naast de Dijle gelegen bijgebouwen van het Hotel d' Udekem d'Acoz werden in 1892 gesloopt en vervangen door een gebouwenvleugel in neogotische stijl naar de plannen van Helleputte, met klaslokalen en een kapel aan de straatzijde. Deze vleugel werd zwaar vernield in 1944 en enkele jaren later hersteld en aangepast door Paul Van Dormael. - EC

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten