Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Bouwprojecten

Masterplan voor Leuvense Hertogensite is definitief

Het masterplan voor de Leuvense Hertogensite, dat al enkele keren werd gewijzigd, is definitief klaar. Deze maand wordt het ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Daarna start de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan (rup). Het afleveren van de eerste stedenbouwkundige vergunningen is mogelijk vanaf 2016. Er zal tien jaar worden gebouwd. De kostprijs van het hele project wordt geraamd op 200 miljoen '. De Hertogensite, één van de grootste Leuvense binnenstedelijke bouwprojecten ooit, situeert zich op een terrein van 6 ha begrensd door de Kapucijnenvoer, de Brusselsestraat en de Minderbroedersstraat. Het gebied in de binnenstad komt vrij door de verhuis van de ziekenhuisfuncties van Sint-Pieter en Sint-Rafaël naar campus Gasthuisberg (zie ook Bouwkroniek van 18 oktober 2013 en 14 februari 2014).

Masterplan voor Leuvense Hertogensite is definitief

De stad zette de krachtlijnen uit voor deze herontwikkeling. Op basis daarvan maakten ontwerpers De Gregorio & Partners uit Tongeren en 360 architecten uit Gent in opdracht van projectontwikkelaar Resiterra het masterplan op. Tijdens de presentatie van het ontwerp in februari kreeg de stad al heel wat suggesties binnen over mogelijke bijsturingen van dit ontwerp. Tegelijk engageerden zich een zestigtal personen om in een klankbordgroep samen met de ontwerpers, de ontwikkelaar en de stad Leuven voort te discussiëren. Via dit participatietraject werd het masterplan gaandeweg verfijnd en op punt gesteld.

564 woongelegenheden

Wonen staat centraal in de herontwikkeling van de site. Het plan stelt verschillende woonvormen voor. In totaal komen er ongeveer 540 woongelegenheden. Het grootste deel zijn appartementen. Daarnaast zijn ook 24 woningen met tuin voorzien. 10% van het aantal woningen is bestemd voor de sociale verhuurmarkt en wordt gebouwd door de sociale huisvestingsmaatschappij Dijledal. Er is tevens plaats voor assistentiewoningen. Het instituut Maisin wordt omgevormd tot een woonzorgcentrum voor 120 bewoners.

De huidige Sint-Rafaëltoren wordt door de UZ Leuven omgebouwd tot een welzijnstoren voor eerste- en tweedelijnszorg. Volgens het masterplan kan de toren blijven staan op voorwaarde dat deze volledig wordt ontmanteld en gerenoveerd. Aan de kant van de Minderbroedersstraat blijven de beschermde gebouwen van het voormalige Pathologisch Instituut en van Heelkunde behouden, inclusief de auditoria. Er wordt nog onderzocht of op deze locatie HistarUZ (het museum met de erfgoedcollectie van UZ Leuven) kan worden ondergebracht.

De herontwikkeling biedt ook kansen voor een versterking van het kernwinkelgebied in de Brusselsestraat. Ter hoogte van de Lei is plaats voor een grotere commerciële activiteit die als eindpunt kan fungeren voor dit deel van het kernwinkelgebied. Op de gelijkvloerse bouwlagen aan de Brusselsestraat en aan de Kapucijnenvoer kunnen ook kleinere handels- en horecazaken komen.

Zalen

De stad Leuven wil in de toekomst een nieuwe hedendaagse podiumkunstenzaal bouwen en de Hertogensite blijkt ruimtelijk een geschikte locatie. De ontwerpers voorzien hiervoor een volume aan de Brusselsestraat waar naast het commerciële deel ook plaats kan worden vrijgemaakt voor twee zalen van respectievelijk 1.000 en 400 zitplaatsen, een foyer, een café en backstageruimtes. De zaal sluit zowel aan op een nieuw plein langs de Brusselsestraat als op de Romaanse Poort en het restant van het voormalige gasthuis. Het stadsbestuur beslist later wanneer de kunstenzaal wordt gebouwd.

De nieuwe volumes aan de rand van de site krijgen een bouwhoogte die afgestemd is op de hoogtes uit de omgevende straten. In het binnengebied kunnen de hoogtes wel oplopen. N.a.v. dit masterplan heeft de stad door BUUR, het Leuvense bureau voor urbanisme, een structuurschets voor de Dijlevallei laten opmaken. Hierin werd onderzocht waar hoogbouw langs de Dijle in de binnenstad mogelijk is en onder welke voorwaarden. Het masterplan is afgestemd op de resultaten van dit onderzoek.

1 ha groene ruimte

In de eerste plannen was er geen of slechts een kleine aaneengesloten groene ruimte. Het huidige plan omvat o.m. een centraal park van 1 ha. Naast de belangrijke groene link langs de Dijle, die de continuïteit van de Dijlevallei tussen Janseniushof en Handbooghof verzekert, kleurt ook de rest van het openbaar domein groen. Centraal komt tussen de Dijle en de Aa een grote aaneengesloten groene ruimte die de beide Dijlearmen verbindt en versterkt. Aan deze groene ruimte is ook een woontoren van veertien verdiepingen voorzien. Op andere plaatsen komen kleinere groene rustpunten, die de verschillende groene ruimten in de omgeving (bv. Kruidtuin, Handbooghof, ') met elkaar en met de site moeten verbinden.

De verdwenen delen van de stadsomwalling worden gevisualiseerd. Enkele waardevolle stukjes erfgoed zoals de beeldbepalende gevel van de voormalige vleugels van Pediatrie, Materniteit en In- en Uitwendige ziekten blijven behouden en geven de Dijle een mooie gevellijn. Andere gebouwen gaan echter wel onder de sloophamer. De afbraak van de verpleegsterschool is nodig om ruimte te creëren in de Kapucijnenvoer om daar het verkeersknelpunt op te lossen. Tegelijk zorgt deze extra ruimte voor een betere verbinding en meer openheid tussen de Hertogensite en de omgeving van de Kapucijnenvoer. Het Sint-Pieterziekenhuis wordt zoals gepland volledig afgebroken.

De projectontwikkelaar voorziet meer fietsstalplaatsen dan de fietsparkeernorm van de stad oplegt. De helft van de fietsenstallingen komt bovengronds. Resiterra zal tevens het volledige openbare domein op de site aanleggen, inclusief het openleggen van de Dijle. Die is nu nog overwelfd, maar zal in de nieuwe plannen volledig open door de site stromen. Een gedeelte van de Brusselsestraat en de Biezenstraat wordt eveneens her­aangelegd. De bewonersparking met in- en uitrit in de Minderbroedersstraat is t.o.v. de eerste plannen verkleind. Er is nu plaats voor maximum 80 wagens. Een andere bewonersparking voor ongeveer 500 wagens krijgt een uitrit aan de Kapucijnenvoer. Daarnaast komt er een derde kleinere parking van ongeveer 80 plaatsen met in- en uitrit langs de Brusselsestraat. Wanneer de stad Leuven de parkeernorm herziet, kan het aantal parkeerplaatsen nog dalen.

Trambedding

Het masterplan houdt er ook rekening mee dat op langere termijn een hoogwaardige verbinding voor openbaar vervoer in een vrije bedding doorheen de benedenstad kan rijden. Dat kan gebeuren met een bus of tram, al is het lang niet zeker dat die laatste er ooit komt. De laatste Leuvense tramlijn werd in 1962 opgeheven. Het plan houdt plaats vrij voor een traject dat loopt vanaf de Biezenstraat, dwars over de site, over een nog aan te leggen brug over de Dijle, tot aan de Aa en van daaruit richting Brusselsestraat. Dit traject zorgt voor zo weinig mogelijk conflicten tussen het openbaar vervoer en de fietsers op de site. Reeds in deze fase van het masterplan werd een mobiliteitseffectenrapport opgesteld.

Tijdens de ontwerpfase van het masterplan voerde een team archeologen van Monument Vandekerckhove in augustus en september reeds een archeologisch onderzoek uit om een correcte inschatting te kunnen maken van de ligging van archeologisch waardevolle zones. Tijdens de opgraving troffen de archeologen op verschillende locaties resten van middeleeuwse huisjes aan, evenals oude muren van het klooster en resten van de oude kruidtuin die tot 1819 op het terrein van de Hertogensite lag. De archeologen zullen op basis van de resultaten van het vooronderzoek adviseren waar extra archeologisch onderzoek nodig is en aangeven welke zones zonder nader onderzoek kunnen ontwikkeld worden. - EC

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten