De cluster Campus en Wetenschapspark Arenberg vormt een belangrijke schakel in de verdere uitbouw van de Leuvense hightech regio. De universiteitscampus telt ongeveer 90 ha en ligt tussen de stadsring en Egenhovenbos. Een groot gedeelte ervan bevindt zich in het park van het Arenbergkasteel. Het wetenschapspark huisvest vooral bedrijven uit de sectoren biotechnologie, ICT en mechatronica en omvat 9 ha.
“Met de nieuwe masterplannen faciliteren we samen met de KU Leuven een multidisciplinair gebied, waar ruimte zal zijn voor kruisbestuivingen tussen campus, wetenschapspark en bedrijven. We kunnen hier ook de stad en de universiteit dichter bij elkaar brengen. Deze zones zijn géén solitaire terreinen, maar zullen een nieuw, groen stadsdeel vormen”, verklaart schepen van Ruimtelijk Beleid en Onroerend Erfgoed Carl Devlies.
In 2008 werd een masterplan opgesteld voor de langetermijnvisie van Campus Arenberg. Na tien jaar besliste de KU Leuven om het masterplan te actualiseren in afstemming met het duurzaamheidsbeleid van de universiteit. Vooral op nieuwe uitdagingen als duurzaamheid van gebouwen, mobiliteit, energie, water, erfgoed en ecologie moest een beter onderbouwd antwoord gegeven worden. Ook diende het een ‘levende campus’ te worden die zich beter integreert in de stad, met bijvoorbeeld betere fietsverbindingen, meer aansluitingen op de Ring en een nieuwe Dijlebrug.
Om deze verregaande ambities te realiseren, werd in 2018 een intensief planproces opgestart. KU Leuven is opdrachtgever van het masterplan. De stad Leuven is van bij de aanvang betrokken. Ook studenten en gebruikers werkten mee aan kennisopbouw rond dit waardevolle gebied. In december werd het afgewerkte masterplan met bijhorende deelstudies en een synthesenota, door het universiteitsbestuur goedgekeurd.
“Het nieuwe masterplan geeft voor de volgende jaren de richting aan die we willen inslaan met onze campus. We willen een levende campus uitbouwen met meer natuur, voorrang voor de actieve weggebruiker en met respect voor ons erfgoed. We willen een campus voor de toekomst waar het niet alleen aangenaam leren en werken is, maar waar je ook voor je plezier naartoe komt. Arenberg moet een campus worden waarop een innovatieve universiteit als de KU Leuven trots kan zijn”, zegt Gerard Govers, vice-rector Wetenschap & Technologie - Duurzaamheid.
Om spin-offs en startups in Leuven te stimuleren, bouwden de intercommunale Interleuven, de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij, de stad Leuven en de universiteit langs de Gaston Geenslaan een innovatief wetenschapspark. Dit bestaat uit enkele gebouwencomplexen met kantoren, laboratoria en onderzoeksfaciliteiten.
Ook dit twintig jaar oude masterplan moest aangepast worden aan actuele vraagstukken rond ruimtegebruik en recente ontwikkelingen omtrent waterhuishouding, ecologische landschapsinrichting, erfgoedwaarden, toekomstgerichte energieconcepten en de ambities rond duurzame mobiliteit. Bovendien zal de universiteit een meer actieve rol opnemen in de verdere ontwikkeling en het beheer, waarin een professioneel parkmanagement zal zorgen voor een transparant organisatie- en financieel model.
Er wordt ingezet op duurzame nieuwbouw met toekomstgerichte fossielvrije energievoorziening, een centraal park als poort tot de Voervallei en Egenhovenbos, vergroening en ontharding van de buitenruimte, een fietsverbinding naar de Kapeldreef en eventueel een Mobipunt aan imec. Het parkeergebouw kan op termijn uitgroeien tot een voorstedelijke randparking.
Twee clusters die in het oorspronkelijke masterplan nog ontwikkeld zouden worden, blijven in het nieuwe masterplan open ruimte, terwijl de ontwikkelbare oppervlakte door inbreiding niet afneemt.
“Maar liefst één derde van het wetenschapspark wordt nu voorbehouden voor groene zone, daardoor kan er op andere plekken hoger gebouwd worden om zo minder ruimte in te nemen. Het effect van hoogbouw op belangrijke (erfgoedkundige) zichtassen wordt wel bewaakt”, besluit schepen Devlies.
Na goedkeuring door de Leuvense gemeenteraad zal de KU Leuven in overleg het het stadsbestuur verdere afspraken maken over de uitvoering en over de voorgestelde projecten. De stad beoogt de opmaak van een gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan (rup) waarin de uitgangspunten van de masterplannen verankerd zijn.