Overheidsopdrachten nieuwe gevangenissen gepubliceerd
De Regie der Gebouwen heeft zopas de overheidsopdrachten gepubliceerd voor de toewijzingen van de consortia die verantwoordelijk zullen zijn voor het ontwerp, de financiering, de bouw en het onderhoud van de nieuwe gevangenissen in Leopoldsburg en Vresse-sur-Semois.
De opening van de offertes is voorzien op 27 november. In deze eerste ronde wordt geselecteerd wie een tweede offerte met een concreet project zal mogen indienen. Vervolgens zal een tweede grondige analyse uitgevoerd worden zodat de dbfm-opdrachten in de loop van 2022 gegund kunnen worden.
Afhankelijk van de termijn om de nodige vergunningen te krijgen, is de start van de werken voorzien rond eind 2023. De bouwwerken zullen dan vermoedelijk tegen eind 2025 voltooid zijn. Beide gevangenissen zullen elk plaats bieden aan 312 gedetineerden.
Een dbfm-procedure staat voor ‘design’, ‘build’, ‘finance’ en ‘maintain’. Het gaat om een publiek-private samenwerking, waarbij de Regie der Gebouwen op zoek gaat naar een privépartner die het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud van de gevangenis voor zijn rekening neemt.
Bij dbfm wordt er een geïntegreerd ontwerp gemaakt en wordt er vanaf het begin samengewerkt, met inbreng van de kennis van elke partner. Een externe consultant, het consortium Stibbe-PW, verleent juridische bijstand bij de bouw van de nieuwe gevangenissen. De bouw past in het Masterplan III dat erop gericht is om gevangenisinfrastructuur in veilige en humane omstandigheden aan te bieden.
Leopoldsburg
De toekomstige gevangenis van Leopoldsburg zal gebouwd worden op een terrein van 8 ha dat deel uitmaakt van het kwartier Reigersvliet. Het legerterrein werd door Defensie overgedragen aan de Regie der Gebouwen. De verlaten gebouwen die zich op de site bevinden, werden afgebroken en de grond wordt gesaneerd door Defensie.
De gevangenis in Leopoldsburg zal een strafhuis zijn waar een gedifferentieerd regime gehanteerd wordt, waarbij de gedetineerde van een ’medium’ (beperkt gemeenschappelijk) naar een ’low’ (open deur) regime kan evolueren.
Naast een cellulaire afdeling voor 312 gedetineerden met zijn nevenfuncties (onthaal- en bezoekerscomplex, medico-sociale afdeling, een administratieve en logistieke afdeling) zal de inrichting eveneens een strafuitvoeringsrechtbank huisvesten. Buiten de gevangenismuren zal er naast een parking ook een gebouw voor sociale tewerkstelling worden opgetrokken.
Vresse-sur-Semois
De toekomstige gevangenis van Vresse-sur-Semois situeert zich in Sugny en zal worden gebouwd op een deel van de voormalige Navo-basis. De Regie der Gebouwen doet een grondruil met de gemeente Vresse-sur-Semois: 7 ha bebost gebied gelegen achter Fedasil en eigendom van de Staat, tegen 7 ha op de oude Navobasis van Sugny (130 ha), behorend aan de gemeente Vesse-Sur-Semois. De ruilovereenkomst werd in maart ondertekend.
Het terrein staat geklasseerd als hogedrempelinrichting bij Seveso, omdat sommige van de bunkers op het omringende terrein werden gebruikt als opslagplaats voor vuurwerk van een bedrijf dat nu failliet is. De opdracht voor het verwijderen van de bunkers werd reeds gepubliceerd en toegewezen. Deze werken zijn aan de gang en zullen tegen eind dit jaar afgerond worden.
In Vresse-sur-Semois gaat het om een gevangenis voor personen die al veroordeeld zijn (strafhuis) met een capaciteit van 312 gedetineerden: 305 individuele cellen en zeven cellen voor personen met een beperkte mobiliteit.
Het gevangenisregime zal hier gericht zijn op een hoge, gemiddelde en lage veiligheid, waarbij de gedetineerden kunnen evolueren van een streng naar een soepeler regime en waarbij geleidelijk aan meer vrijheden kunnen gegeven worden. Binnen de gevangenis zal tevens een strafuitvoeringsrechtbank voorzien worden.
De komst van de nieuwe gevangenis zorgt voor een heleboel nieuwe jobs. In totaal zullen voor Vresse-sur-Semois meer dan 260 personen worden aangeworven. Naast 200 gevangenisbewakers, zullen een zestigtal andere betrekkingen ingevuld moeten worden, waaronder psychologen, maatschappelijke werkers, verplegers, maar ook boekhouders, administratief personeel, koks en schoonmaak- en onderhoudspersoneel.