Aantal arbeidsongevallen in de bouw daalt tot onder precorona niveau
Het aantal arbeidsongevallen in de bouw met minstens één dag arbeidsongeschiktheid, nam in 2021 met 6,3% af ten opzichte van 2019. Tegenover 2020 viel een stijging op te tekenen (+8,6%), maar dat was hét coronajaar bij uitstek met periodes waarin het gewoon niet mogelijk was om te werken en dus ook de kans op arbeidsongevallen veel kleiner was. Daarom is 2020 geen goed vergelijkingspunt. 2019 is dat wel.
De bouw heeft het predicaat een onveilige sector te zijn. Nochtans neemt het aantal arbeidsongevallen in de sector ieder jaar af, zo geven cijfers van het federaal agentschap voor beroepsrisico's (Fedris) aan. In deze cijfers zijn de ongevallen met zelfstandigen en gedetacheerden niet opgenomen, maar Embuild is vragende partij om deze ongevallen ook te registreren, zodat een volledig beeld van de veiligheidssituatie mogelijk wordt.
De bouw doet er alles aan om de sector veiliger te maken. Zo kwam er in het voorjaar van 2022 een basisveiligheidsopleiding voor iedere nieuwkomer in de bouw. Die opleiding neemt acht uur in beslag en moet binnen de maand na de start van de tewerkstelling worden afgelegd door elke nieuwkomer in de bouw. Embuild dringt erop aan om deze veiligheidsopleiding binnenkort ook te verplichten voor iedereen die op een bouwwerf actief is, zoals bijvoorbeeld leveranciers, zelfstandigen en gedetacheerden. Niko Demeester, gedelegeerd bestuurder van Embuild, pleit ook voor de veralgemeende invoering van de Construbadge, een visueel identificatiemiddel voor iedereen op de werf, dus ook voor zelfstandigen en gedetacheerden.