Een milieupaspoort voor elk product

De uitstoot van gebouwen en de bouwsector zijn samen goed voor bijna 40% van de wereldwijde koolstofemissies. Daarom wordt informatie over de milieu-impact van gebouwen essentieel om naar een groene transformatie van de bouwsector toe te werken. Een aantal landen hebben dan ook al nationale levenscyclusgrenswaarden voor koolstof vastgesteld, zowel voor nieuwe als openbare gebouwen. In sommige landen is de rapportage van koolstofuitstoot een minimumnorm, terwijl andere landen over het algemeen strengere eisen hebben ingevoerd voor nieuwe bouwprojecten.

 

Milieuverklaringen (EPD’s) worden door de Europese Commissie beschouwd als een geschikt middel om de duurzaamheid van een gebouw te evalueren, omdat de gebruikte materialen voor een groot deel de milieu-impact van een gebouw bepalen. Een EPD is een uitgebreid en onafhankelijk geverifieerd milieupaspoort van een product. Het brengt transparante en vergelijkbare gegevens over de milieueffecten van een product in kaart en dat gedurende de volledige levenscyclus van het product. Het omvat zowel de ontginning van grondstoffen, de productie, evenals de gebruiksfase en uiteraard de afdanking van het product, met inbegrip van alle transport tussen de verschillende fases. Milieuverklaringen zijn gebaseerd op de internationale ISO-norm 14025. Wat de bouwsector betreft, zijn EPD's gebaseerd op EN15804 voor bouwproducten, -diensten en -processen.

 

Om zijn klanten volledige transparantie te bieden over de ecologische voetafdruk van de beschikbare producten, zal Grohe tegen eind oktober alle EPD’s vrijgeven en dat voor 18 productcategorieën die in totaal ruim 600 producten omvatten, zoals lavabo- en keukenmengkranen, thermostaten, douchestangsets, handdouches, installatiesystemen, spoelplaten en speciaal kraanwerk. Het zal dan mogelijk zijn om op een eenvoudige manier de levenscyclusbeoordeling van producten met elkaar vergelijken. 

 

“Zo kan men gefundeerde uitspraken doen over de milieu-impact van gebouwen, wat vaak een hoeksteen is voor duurzaamheidscertificeringen zoals DGNB, LEED of BREEAM. In heel wat Europese steden zijn deze certificaten zelfs een vereiste om een bouwvergunning te kunnen verkrijgen. De bouwsector komt steeds meer onder druk te staan om gebouwen duurzamer te maken, waardoor de behoefte naar informatie over de duurzaamheid van een product alsmaar doet stijgen. Op termijn zal duurzaamheid een selectiecriterium worden, dat voor consumenten even waardevol zal zijn als de prijs- of ontwerpcriterium”, zegt Jonas Brennwald van Lixil, de Japanse fabrikant van water- en woonproducten, die sinds 2014 ook Grohe in de merkenportefeuille heeft.

 

“We keken ook specifiek naar de gebruiksfase van een product, iets waar de industrie in het verleden vaak geen oog voor had. Deze langste fase is verantwoordelijk voor het meeste water- en energieverbruik en dat is cruciale informatie voor vastgoedbedrijven en voor de hotelsector. Deze kennis is van groot belang voor onze klanten, maar het is voor ons ook een goede maatstaf om de duurzaamheid van onze producten te vergroten”, zegt Tomas Kvillström van Lixil, die benadrukt hoe belangrijk het is om de hele levenscyclus van een product in kaart te brengen 

 

Vandaag ligt de focus voor duurzame productvereisten vooral op het Global Warming Potential (GWP). Door het verzamelen van relevante EPD-gegevens, wil Grohe op lange termijn meer processen introduceren die emissiearm zijn, en tegelijk de eigen ecologische voetafdruk verkleinen. Zo zouden er grondstoffen gebruikt kunnen worden die dichter bij de fabrieken te ontginnen zijn of kan het transport op een duurzamere manier verlopen.

 

All EPD’s kunnen overzichtelijk worden teruggevonden in deze databank: https://www.environdec.com/library.