Leuven investeert fors in fietsinfrastructuur

“Het vorig jaar ingevoerde verkeerscirculatieplan gaf het autoverkeer al een duidelijke plaats in de stad en creëerde meer ruimte voor voetgangers en fietsers om zich veilig en comfortabel te verplaatsen. Het nieuwe fietsplan focust voort op onze visie over fietsen en de specifieke acties die zowel op korte als middellange termijn in de steigers staan”, vertellen schepen van Ruimtelijke Ordening Carl Devlies en schepen van Openbare Werken Dirk Robbeets.

Beide schepenen vinden conflictvrije fietssnelwegen en fietspaden prioritair om het fietsverkeer aan te moedigen. In het fietsactieplan staat bijvoorbeeld de uitbouw van het Jan Vranckxtracé als fietssnelweg tussen Leuven en Diest. Ook tussen de verschillende attractiepolen in het Leuvense, zoals de woonkernen, het Researchpark in Haasrode, Gasthuisberg of campussen zoals Arenberg moet de Leuvenaar zich vlot per fiets kunnen verplaatsen en worden fietspaden aangelegd of verbeterd.

De fietssnelwegen en -paden sluiten aan op een lokaal fietsnetwerk, met fietsstraten en suggestiestroken en slimme doorsteken. Het stadsbestuur probeert zoveel mogelijk ontbrekende schakels in het fietsnetwerk weg te werken, zodat de fietsers zich vlot doorheen de stad kunnen begeven. Zo veranderen dit voorjaar al de Heilige Geeststraat, de Goudbloemstraat en de Ridderstraat in een fietsstraat zodat het aangenamer wordt om richting Gasthuisberg te fietsen. Ook de Parkstraat wordt gedeeltelijk ingericht als fietsstraat en is bijna klaar. “In de hele binnenstad leggen we ongeveer 10 km fietssuggestiestroken aan in straten waar geen ruimte is voor een fietspad”, luidt het.

“Naast infrastructuur zoals fietspaden en -straten bekijkt het stadsbestuur ook manieren om omrijden en oponthoud voor fietsers zoveel mogelijk te beperken. Een groene golf op de steenwegen is bijvoorbeeld een piste waar we aan denken. Een ander principe dat we hanteren is het wegwerken van zoveel mogelijk fysieke barrières. De fietstunnel onder de Tiensesteenweg, brugjes over de Dijle of de fietsspiraal aan het station zijn daar voorbeelden van”, verklaart Dirk Robbeets.

“De fiets is ook geschikt als voor- en natransport. Met de trein of auto tot aan de rand van Leuven komen en dan je weg voortzetten met een deelfiets naar de eindbestemming is een mogelijkheid. Aan het station kan dat al met BlueBike en we bekijken ook of we deelfietsen in randparkings kunnen plaatsen. We onderzoeken ook of een deelfietsensysteem zoals Villo in Brussel potentieel heeft in Leuven”, zegt Carl Devlies.

Buurtstallingen

Meer rijdende fietsen betekenen ook meer stilstaande fietsen. Er zijn in Leuven nu al meer dan 30.000 fietsenstallingen, van fietsparkeervakken en fietsbogen in de straat tot grote parkings zoals aan het station. Zowel bewoners als bezoekers willen hun fiets met een gerust gevoel kunnen achterlaten, of het nu voor vijf minuten is of voor een hele week. Daarom wordt het aantal fietsstallingen nog uitgebreid. De invoering van het verkeerscirculatieplan ruilt parkeerplekken in voor fietsbogen en fietsstallingen. Onder het Martelarenplein aan het station start volgend jaar de bouw van een grote fietsenstalling met een capaciteit van 2.500 tot 4.000 fietsen.

Ook de schoolomgevingen worden aangepakt en veiliger gemaakt. Kinderen moeten zich van jongsaf aan veilig met de fiets kunnen verplaatsen. Projecten als bakfietsdelen en VELOKadee, de uitleendienst voor kinderfietsen, kunnen mensen ervan overtuigen dat de fiets het stedelijke vervoersmiddel is.  Ook voor fietsparkeren vlakbij huis werkt het stadsbestuur een aantal oplossingen uit.

“Vele Leuvenaars en studenten hebben niet de plaats om hun fiets binnen te parkeren, hoewel ze dat graag willen. Daarom starten we binnenkort met een aantal projecten rond buurtstallingen, waar Leuvenaars hun fiets veilig en overdekt kunnen parkeren, vlakbij hun woning. Een eerste buurtstallingsproject is voorzien in de Brabançonnestraat”, besluiten schepenen Devlies en Robbeets.