Vlaanderen op schema voor 5.000 publieke laadpunten
Vlaanderen voorziet tegen eind 2020 vijfduizend laadpunten voor elektrische wagens. Eind vorig jaar waren er al 3.047 geïnstalleerd. Daarmee zit de uitrol van de publieke laadinfrastructuur op schema. Een voldoende dicht en uitgebreid laadpaalnetwerk is een noodzakelijke voorwaarde om elektrisch rijden aantrekkelijk te maken voor de Vlaming.
Het Vlaamse ‘Clean Power for Transport’ bestaat sinds eind 2015. Het bevat maatregelen en doelstellingen om het transport in onze regio te vergroenen en laadinfrastructuur uit te bouwen. Tegen eind 2020 wordt gestreefd naar 74.000 elektrische wagens op onze wegen en 5.000 laadpunten (of 2.500 laadpalen met telkens twee laadpunten).
Elk jaar wordt een rapport opgesteld met een stand van zaken. Op dit moment rijden er ongeveer 34.000 elektrische wagens rond in Vlaanderen en zijn er 3.047 laadpunten. Dat is iets meer dan de hoeveelheid van één laadpunt per tien elektrische voertuigen die Europa oplegt. Het merendeel van de elektrische voertuigen in Vlaanderen (26.000 wagens) is plug-in hybride. Dat betekent dat ze een kleine batterij combineren met fossiele brandstof, benzine of diesel. Ongeveer 8.000 wagens zijn volledig batterij-elektrisch.
“Het huidige netwerk van publieke laadpalen is dus momenteel voldoende voor het aantal elektrische wagens. Het Vlaamse publieke laadnetwerk wordt bovendien uitgerold zonder publieke financiering. In het kader van een openbare dienstverplichting schrijft netbeheerder Fluvius ieder jaar een aanbesteding uit. Een privépartner krijgt een concessie van tien jaar voor het gebruik van het openbaar domein waar de laadpaal staat, maar financiert de laadpaal en het beheer ervan zelf. Hij haalt zijn inkomsten uit het gebruik. Dit is een vrij uniek model in Europa. Zelfs in landen die voorop lopen op het vlak van elektrisch vervoer, zoals Nederland of Noorwegen, zijn de laadpalen gesubsidieerd”, besluit Lydia Peeters.