Verplichte basisveiligheidsopleiding voor nieuwelingen op bouwplaatsen
Sinds 15 april moeten alle nieuwe werknemers, zelfstandigen en gedetacheerden die actief zijn op bouwplaatsen een verplichte basisveiligheidsopleiding van acht uur volgen. Dit was al het geval voor alle werknemers uit paritair comité 124, maar nu is de verplichting uitgebreid tot iedereen die op de werf actief is.
De opleiding moet binnen de maand na de start van de tewerkstelling worden gevolgd. De term ‘nieuweling’ slaat op iedereen die in de bouw begint te werken en op bouwwerven actief zal zijn, met uitzondering van mensen die de afgelopen tien jaar minstens vijf jaar in de sector actief waren. Werknemers die al een opleiding basisveiligheid VCA (of een gelijkwaardige opleiding) hebben gevolgd, zijn eveneens vrijgesteld.
In de eerste plaats zijn alle zelfstandigen zowel voor zichzelf als voor hun eventuele personeel verantwoordelijk voor de naleving van de opleidingsverplichting. Ze riskeren bij niet-naleving van de regels een proces-verbaal en een boete. In geval van onderaanneming kan ook de hoofdaannemer mee verantwoordelijk worden gesteld als er verder in de keten inbreuken worden vastgesteld.
Het aantal arbeidsongevallen in de bouw zit al jaren in een sterk dalende lijn (2020 was uitzonderlijk, maar dat had te maken met stilliggende werven als gevolg van corona). Tussen 2016 en 2021 nam het aantal arbeidsongevallen met minstens één dag arbeidsongeschiktheid af met 14% (cijfers Fedris). In deze cijfers zijn ongevallen met zelfstandigen en gedetacheerden niet opgenomen. Hiermee zitten we in de Europese middenmoot.