De Loodswezensite is één van de zeven deelgebieden die onderdeel zijn van het masterplan Scheldekaaien. Het projectgebied grenst in het westen aan de Schelde en in het oosten aan de Tavernier- en Van Meterenkaai. In het noorden en het zuiden sluit het aan op de andere deelgebieden van de Scheldekaaien.
“Het nieuwe namenmonument is een belangrijke veruitwendiging van het versterken van ons herinneringsbeleid. Mee dankzij de inzichten van de vertegenwoordigers van de verschillende slachtoffergroepen hebben we nu de keuze gemaakt voor een tijdloos ontwerp dat op een heel natuurlijke wijze ingebed wordt in het kaaiweefsel. Dit namenmonument zal Schelde en stad verbinden en volgende generaties Antwerpenaren uitnodigen om stil te staan bij de overleden slachtoffers van de zwartste bladzijden uit de geschiedenis van onze stad”, zegt de Antwerpse burgemeester Bart De Wever.
Eind 2020 ging AG Vespa op zoek naar een multidisciplinair ontwerpteam met talent in o.m. landschap, openbaar domein, waterkering, archeologie, erfgoed, ecologie, architectuur en kunst. De ontwerpopgave voor de omgeving van het Loodswezen bestond uit twee belangrijke onderdelen: de heraanleg van het openbaar domein zoals voorzien in het masterplan Scheldekaaien met integratie van de verhoogde waterkeringsmuur en de realisatie van een ambitieus namenmonument ter herdenking van de Antwerpse slachtoffers van WO II. Het ontwerpteam onder leiding van Bureau Bas Smets wist te overtuigen met een geïntegreerd ontwerp als antwoord op deze vragen en met respect voor de historische waarde van de site. Het team bestaat behalve uit Bureau Bas Smets uit Gijs Van Vaerenbergh bvba, Atelier Ruimtelijk Advies bv, Steenmeijer Architecten bvba, Antea Belgium nv, UTIL cv, Endeavour nvdr cvba en Plant en Houtgoed bvba.
"Met de aanstelling van het ontwerpteam wordt een belangrijke stap gezet in de ambitieuze herontwikkeling van de Loodswezensite als deel van het masterplan Scheldekaaien. Met heerlijk erfgoed dat verwijst naar de rijke geschiedenis van de Antwerpse haven en als scharnierpunt tussen de Schelde, de binnenstad en het Eilandje is de Loodswezensite een prachtlocatie. Daar komt met de herontwikkeling nog een extra dimensie bij door de maximale vergroening en door de integratie van een namenmonument ter nagedachtenis van de Antwerpse slachtoffers van WO II”, stelt schepen voor stadsontwikkeling Annick De Ridder.
“De jurering verliep vlot en aangenaam, waardoor we relatief snel een unanieme beslissing konden nemen. Niet evident voor een project van deze schaal met veel belanghebbenden. De beoordelingscommissie bestond uit experten van verschillende kennisdomeinen: naast de afdelingen van de stad en AG Vespa zetelden er ook vertegenwoordigers uit de kunstwereld, De Vlaamse Waterweg, de wetenschappelijke adviesraad WOII en een expert in landschap en publiek domein. De commissie kreeg op voorhand de kans om de schaalmodellen van de vijf ontwerpen te bewonderen in het Loodswezen, wat een enorme meerwaarde was voor de dialoog tijdens de jury”, meent de Antwerpse stadsbouwmeester Christian Rapp.
Tuinen
In het winnende ontwerp wordt de kade vergroend als een park met verschillende tuinen en worden de voormalige vlieten (Brouwersvliet, Sint-Pietersvliet en Koolvliet) opnieuw visueel uitgewerkt als een verbinding tussen stad en stroom. Langs weerszijden van de voormalige vlieten wordt het namenmonument geïntegreerd. Langs stadszijde vormen de vliettuinen de 'inkom’ tot het projectgebied met elk een eigen identiteit. Langs die vliettuinen zijn verschillende zones zichtbaar in het ontwerp: een zone met pocketparken rond het Loodswezengebouw en de Boeienloods, een zone met een grote trappenpartij, en een zone met een ligweide. De natte zijde, het overstroombare gedeelte, de kade langs de Schelde, vormt een ononderbroken wandeling van noord naar zuid langs de Blauwe Steen.
De zone met pocketparken rond het Loodswezengebouw en de Boeienloods onderscheidt zich van de rest van de kaaien door de opmerkelijke erfgoedwaarde en de sterke relatie met het water. Een keermuur met zittrappen beschermt het Loodswezenmonument tegen het stijgende waterniveau. Aan stadszijde komt een glooiende, ommuurde stadstuin die aansluit op de stad. De Boeienloods zal op een subtiele manier, en met respect voor het erfgoed, mee onderdeel vormen van de waterkering.
De zone met de zogenaamde ‘Scheldetreden’, een trappenpartij, is bruikbaar als zit- en rustplek, maar is bij gelegenheid ook bruikbaar voor kleinere evenementen of ceremonies.
De zone met ligweide is met zicht op de Schelde uniek en uitnodigend. Ook vanaf de Schelde laat het ontwerp zich duidelijk lezen met een lager gelegen gedeelte met uitgestrekt gazon en een hoger gelegen landschap met hoogstammig groen.
“De voorbije jaren maakten we werk van de stabilisatie van de kaaimuur aan de Loodswezensite met het oog op de realisatie van waterkering en de inrichting van de kaaivlakte. Het ontwerpteam geeft niet alleen op uitstekende wijze invulling aan de ambitieuze heraanleg van het openbaar domein van deze site, maar gaat in deze zone ook op doordachte wijze om met de te realiseren verhoogde waterkering van de Scheldekaaien in het kader van het Sigmaplan”, stelt gedelegeerd bestuurder van De Vlaamse Waterweg nv Chris Danckaerts.
Planten
Het ontwerp heeft ook een uitgesproken en duidelijke klimaatambitie. Zo worden koelteplaatsen aangelegd en is er veel aandacht voor de planten. De soorten beplanting worden afgestemd op de eigenheid van de plek (lokale groeicondities, beschikbare wortelruimte, standplaats, bezonnings- en vochtigheidsgraad) waardoor de beplanting varieert volgens de zone. Ze zal anders zijn in de nattere vlietentuinen dan in de pocketparken of in de verhoogde ligweide. Er is in het ontwerp ook aandacht voor intelligent waterbeheer met bv. wadi’s in de vlietentuinen met waterminnende planten.
Namenmonument
De ontwerpwedstrijd omvatte ook het ambitieuze namenmonument ter herdenking van de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Het monument omvat een inclusieve namenlijst, ingedeeld in de vier verschillende slachtoffergroepen: de slachtoffers van de holocaust, de burgerlijke slachtoffers van nazigeweld, de burgerlijke slachtoffers van militair geweld en de militaire slachtoffers. Deze namen zullen de indrukwekkende aantallen zichtbaar maken en de omvang weergeven van de verschillende slachtoffergroepen. Het team rond Bureau Bas Smets nam de vlietmuren als basis voor het ontwerp van het namenmonument.
Zo worden er drie grote verbindingen gemaakt waar vroeger het water vloeide. Via deze corridors zal de binnenstad maximaal verbonden worden met de kaaien. De drie vlieten staan haaks op de Scheldekaaien en bakenen de verschillende deelzones af waar de waterkering opgetrokken wordt: de pocketparken, de Scheldetreden en de ligweide. Daar waar de waterkering niet door vaste structuren wordt gerealiseerd, zoals in de vlietstructuren, zal er gebruik gemaakt worden van mobiele keermuren. De vlieten, die vroeger het water in de historische stad trokken voor de handel, worden zo de basis voor de toekomstige stad, die zich beschermt tegen het opkomende water terwijl het ontwerp de ruimte vrijmaakt voor meer groen en recreatie op de Scheldekaaien. Het geheugen van de stad wordt zo onthuld, hersteld en vernieuwd.
Het namenmonument krijgt zes gedenkmuren tussen drie herinneringstuinen. De zes lineaire muren die op de locatie van de voormalige vlieten komen, zijn de uitgelezen plek voor het namenmonument. De vlietmuren worden ingezet als identiteitsdrager om zowel ruimtelijk de relatie tussen de stad en Schelde te versterken, als symbolisch de oorlogsslachtoffers te herdenken. De gedenkmuren langs de vlieten bakenen drie intiemere herinneringstuinen af. Deze herinneringstuinen brengen verschillende gemeenschappen en generaties samen en stimuleren zo een gebruik als kleinschalige ontmoetingsruimte en stilteplek op de kaai.
De gedenkmuren zijn ontworpen als een expressie van zowel de individualiteit van elk slachtoffer als de collectiviteit van de slachtoffergroepen. De naam van elk slachtoffer wordt op een afzonderlijke natuursteen gegraveerd om de individualiteit van elke getroffene te benadrukken. De verschillende stenen worden per slachtoffergroep langs de vlietmuren geplaatst. Het grote aantal afzonderlijke stenen, en dus slachtoffers, zal indrukwekkend zijn en zal zo helpen om het drama van de Tweede Wereldoorlog beter te begrijpen.
Het is de bedoeling om volgens het aantal geleefde decennia van het slachtoffer, een soortgelijk materiaal te gebruiken. Zo wordt duidelijk hoeveel mensen van elke leeftijd slachtoffer werden. Er ontstaat bovendien ook een verwantschap over de verschillende slachtoffergroepen heen.
In totaal zullen de gedenkmuren 336 m lang zijn en uit meer dan 25.000 gedenkstenen bestaan. Stad Antwerpen voert momenteel een uitgebreid historisch onderzoek om de namen van deze 25.000 overleden slachtoffers te achterhalen.
“De verhoging van de Scheldekaaien stelt de vraag hoe de binnenstad het contact met het water kan behouden overheen deze hoge keermuur. De site van het Loodswezen, tussen het Noorderterras en de Bonapartesluis, bezet een unieke locatie aan de Schelde waar vroeger drie binnenhavens de boten de stad introkken. De historische trajecten van deze 'vlieten' zijn nog zichtbaar in het achterliggende stratenpatroon en dienen als uitgangspunt voor het ontwerp. Net op deze plek gaan we de stad met de Schelde verbinden. De verhoogde keermuur wordt opgenomen in drie parkfiguren die opgespannen zijn tussen de vlieten: een omsloten tuin aan het Loodswezen, een ruime Scheldetrap als amfitheater en een genereuze ligweide met zicht op de stroom”, stelt ontwerper Bas Smets.