Bouwvergunning voor spoorwegbrug in Leuven
In Leuven is de bouwvergunning goedgekeurd voor de bouw van een nieuwe fiets- en voetgangersbrug over de spoorweg in Heverlee. Infrabel legt momenteel de laatste hand aan de plannen voor deze Parkwegbrug. Eind dit jaar of ten laatste begin volgend jaar wordt de aanbesteding uitgeschreven zodat vóór de zomer van 2019 kan begonnen worden met de werkzaamheden. De werken zelf zullen een jaar in beslag nemen.
In het voorjaar van 2016 brokkelden stenen naar beneden aan de zijkant van de Parkwegbrug in Heverlee die de spoorweg overspant tussen de Tivolistraat en de historische Abdij van Park. Dat gebeurde als gevolg van het bezwijken van de zogenaamde landhoofden, de steunpunten in het talud of de spoorberm. Omdat de stabiliteitsproblemen te groot waren, was de brug die dateerde uit 1941 niet meer te herstellen en werd ze enkele weken later uit veiligheidsoverwegingen volledig afgebroken.
Een tijdelijke brug voor de vele fietsers en voetgangers die dagelijks gebruik maakten van de verbinding tussen de Tivolistraat en Abdij van Park, bleek niet haalbaar. Omdat de bestaande landhoofden niet meer in goede staat en dus onbetrouwbaar waren, konden zij niet meer gebruikt worden voor een eventuele tijdelijke brug. Er zouden in ieder geval altijd nieuwe landhoofden moeten gebouwd worden. Omdat de taluds zeer steil zijn, moeten de landhoofden diep gefundeerd worden. Daardoor zouden voor een tijdelijke brug dezelfde studie, aanbestedingsprocedure, bouwvergunning en bouwtijd nodig geweest zijn als voor de definitieve brug.
Bovendien bevindt de Parkwegbrug zich op een erfgoedsite. De nieuwe brug moet dus op exact dezelfde plaats worden gebouwd om de impact op het landschap tot een minimum te beperken. Dit zou ook zo zijn voor een eventuele tijdelijke brug die er dan een jaartje zou liggen, maar vóór de start van de werken aan de nieuwe brug opnieuw zou moeten afgebroken worden om daarna nog eens een jaar zonder brug te zitten. Gezien de beperkte tijdwinst en de hoge kostprijs voor een zeer beperkte duur ten opzichte van de definitieve oplossing werd door Infrabel geen tijdelijke brug voorzien.
Het Leuvense stadsbestuur betreurde de langdurige onderbreking van deze belangrijke autoluwe verbinding. “Het feit dat die brug er niet meer is, zorgt voor een aanzienlijk probleem inzake comfort en veiligheid. Het was jammer dat een tijdelijke brug niet haalbaar bleek, maar ik ben blij dat de bouwvergunning nu goedgekeurd is en dat de vooropgestelde timing wordt gevolgd. In principe hebben we dus tegen de zomer van 2020 een nieuwe verbindingsbrug”, zegt de Leuvense schepen van Openbare Werken Dirk Robbeets.
“Het heeft inderdaad een tijdje geduurd. Op een gegeven moment hadden we het gevoel dat Infrabel gewoon niet gehaast was. Nochtans zijn ze wettelijk verplicht op die plek een brugverbinding te voorzien. In het contract met de abt van de abdij dat de NMBS in de negentiende eeuw toestemming gaf om hier de spoorweg aan te leggen, staat dat dit enkel mocht indien een ‘viaduct’ de toegang tot de abdij verzekerde. Op basis daarvan heb ik een timing geëist van Infrabel. Die is er nu, maar ze brengt ons nog altijd tot midden 2020, wat dus nog een hele tijd is”, besluit de Leuvense burgemeester Louis Tobback.