Onderhoudsachterstand bruggen wordt aangepakt
Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters zal de historische onderhoudsachterstand van onder andere bruggen, tunnels en keermuren (samen kunstwerken) aanpakken. Deze legislatuur wordt hiervoor 1,6 miljard € uitgetrokken.
“Vlaanderen telt 2.777 van dergelijke kunstwerken waarvan het gros dateert van de jaren ‘60 en ’70 van vorige eeuw”, zegt minister Peeters. “Vele van die kunstwerken zijn sterk verouderd waardoor de veiligheid in het gedrang komt. Omdat voor mij die veiligheid absoluut primeert, doe ik deze legislatuur een grote inhaalbeweging in het herstellen en vervangen.” Om de achterstand efficiënt weg te werken werkt minister Peeters met een plan van aanpak 2020-2030 waarvoor deze legislatuur een bedrag van 1,6 miljard € wordt uitgetrokken voor renovatie, onderhoud en modernisering.
Alle Vlaamse kunstwerken worden periodiek gecontroleerd en geïnspecteerd. Op basis van die inspecties worden bv. de bruggen ingedeeld in verschillende categorieën volgens hun toestand, die varieert van 1 (goed) tot 5 (zeer slecht). Op dit moment bevinden zich 900 kunstwerken in categorie 1 (goed), 1.134 in categorie 2 (aanvaardbaar), 447 in categorie 3 (matig), 205 in categorie 4 (slecht) en 48 in categorie 5 (zeer slecht). Van die 48 staan er 41 op de ‘lijst prioritaire kunstwerken’ (LPK).
Investeringen
Om de historische onderhoudsachterstand weg te werken, dringen investeringen zich al jaren op. Van de vooropgestelde 1,6 miljard € gaat tussen 2020 en 2023 liefst 770 miljoen € naar de aanpak van bruggen. Daarin zit onder meer het herstellen van alle bruggen uit categorie 5 (de slechtste staat), het herstellen van een deel van categorie 4 en een beperkt aantal van categorie 1, 2 en 3. Zo worden hiermee o.a. het viaduct van Gentbrugge en het viaduct van Vilvoorde aangepakt.
Wat betreft de kunstwerken op Lijst Prioritaire Kunstwerken is ervan bij het begin van de legislatuur voor geopteerd om de aanpak van deze bruggen prioritair op het geïntegreerde investeringsprogramma te plaatsen. Er wordt daarvoor deze legislatuur 236 miljoen € uitgetrokken. Voor de kunstwerken van categorie 4 zijn er voor meer dan 50 kunstwerken budgetten voorzien. “Zoals aangegeven in het regeerakkoord wordt de Vlaamse regering geconfronteerd met significante investeringsnoden in mobiliteitsinfrastructuur”, aldus minister Peeters. “Als we veilige, robuuste en duurzame constructies wensen dan moeten we de historische achterstand nu wegwerken.”
Pps
Minister Peeters zal, bovenop de 770 miljoen € voor de bruggen, ook nog eens 556 miljoen € investeren in de renovatie en modernisering van de kunstwerken via een pps-constructie. Dat werd op 16 juli goedgekeurd door de Vlaamse regering. In die 556 miljoen € zit de renovatie van een cluster van 41 bruggen waarvan de meeste in toestand 4 en een beperkt aantal in toestand 3 en 2. Dit vertegenwoordigt een bouwkost geraamd op 300 miljoen €. Ook de drie sluizen van de Bovenschelde (Asper, Kerkhove, Oudenaarde) en 27 beweegbare kunstwerken op Vlaamse Waterwegen (bruggen en sluizen) worden gerenoveerd.
“We hebben de ambitie om tegen 2032 alle beweegbare kunstwerken op onze waterwegen vanop afstand te bedienen. Dat vraagt renovatie en modernisering. Het zal ervoor zorgen dat de binnenvaart attractiever wordt voor bedrijven”, zegt minister Lydia Peeters.
Lopende PPS-projecten
Daarnaast zullen ook herstellingswerken opgenomen worden in de bestaande pps-projecten. Zo pakken we 21 kunstwerken van categorie 4 aan, waaronder drie bruggen van het Albertkanaal, zes bruggen bij de herinrichting van de R0 en één brug bij de herinrichting van de R4.