Vlaanderen neemt pak gemeentelijke rioleringsprojecten over
De Vlaamse regering besprak vorige vrijdag het ontwerp van het optimalisatieprogramma van Aquafin voor 2020 dat de Vlaamse Milieumaatschappij zopas heeft voorgelegd aan Vlaams Milieuminister Koen Van den Heuvel (CD&V). Dit programma omvat 140 projecten voor een bedrag van 230 miljoen €. Dat zei Van den Heuvel op de Vlariodag eerder deze week. Een uitgebreid verslag van de Vlariodag vind je op 12 april in Bouwkroniek.
“Het overgrote aandeel van dat optimalisatieprogramma, 130 miljoen €, gaat naar het overnemen van gemeentelijke rioleringsinspanningen, via het budget voor het Lokaal Pact. Ook via de subsidieprogramma’s voor riolering en individuele zuivering blijft het Vlaamse Gewest de gemeenten ondersteunen. Ik sta op het punt om een subsidieprogramma te ondertekenen voor ongeveer 180 gemeentelijke rioleringsprojecten. Dat gaat naar schatting over 280 miljoen € totale investeringskost, waarvan de helft voor rioleringswerken. Via het subsidiebesluit geeft de Vlaamse regering 75% subsidie”, stelt Van den Heuvel.
“De belangrijkste en misschien ook wel grootste uitdaging zal er in bestaan om de verschillende projecten in versneld tempo op het terrein te realiseren. De gemiddelde doorlooptijd van een rioleringsproject bedraagt momenteel vijf tot zeven jaar. Er zijn heel wat factoren die voor vertraging kunnen zorgen: een moeilijke samenwerking met derde partijen, een moeilijke afstemming, de onzekerheid over de financiering en de wijzigende wetgeving inzake bijvoorbeeld onteigeningen en archeologie”, weet de minister.
“Het is misschien niet altijd mogelijk om in te grijpen op elke reden tot vertraging, maar er kan zeker gewerkt worden aan een ‘actieve’ opvolging van een dossier, een goede coördinatie en regelmatig overleg met alle partijen en het tijdig informeren van burgers. Ik geloof sterk in de kracht van lokale besturen. Ik ben er dan ook van overtuigd dat een gedreven bestuur er mee kan voor zorgen dat de doorlooptijd van projecten zo kort als mogelijk gehouden wordt”, besluit Van den Heuvel.
De lange doorlooptijd van rioleringsprojecten is één van de zorgenkindjes van de sector. In 2027 moet de Europese deadline gehaald worden inzake zuivering en afkoppeling. Wil Vlaanderen die deadline halen, dan moet snel gehandeld worden. “De Europese kaderrichtlijn Water is één van de belangrijkste milieurichtlijnen. Die richtlijn is bijna 20 jaar van kracht en verplicht ons, ook vandaag nog, om de watervoorraden en de waterkwaliteit in heel Europa veilig te stellen. Door te investeren in onze saneringsinfrastructuur konden we in de afgelopen twee decennia het aantal inwoners dat aangesloten is op een waterzuivering bijna verdubbelen. In meer dan twee derde van de waterlopen bereiken we tot op vandaag een matig tot goede toestand. Investeringen blijven nodig, niet enkel om nieuwe infrastructuur verder uit te bouwen, maar ook om de bestaande infrastructuur goed te beheren en te renoveren”, weet de minister.
De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) werkt aan een reductiedoelstelling per waterlichaam, te bereiken tegen 2027. Die doelstelling wordt verdeeld over de verschillende actoren volgens hun aandeel in de vervuiling. Voor elke gemeente zal die zich vertalen in een minimaal te leveren inspanning. De VMM bekijkt aan de hand van een aantal scenario’s wat financieel haalbaar is tegen 2027