Gedragscode voor testen autonome voertuigen op de openbare weg
Tijdens het jaarlijkse congres van ITS Belgium (Intelligent Transport Systems) stelde de federale overheidsdienst (fod) Mobiliteit en Vervoer de gedragscode voor die een stimulerend kader biedt voor het testen van nieuwe technologieën op Belgische wegen. Deze gedragscode bevat minimumvoorwaarden en aanbevelingen, wat een duidelijk kader schept voor bedrijven die geautomatiseerde voertuigen willen testen.
Onder leiding van de fod Mobiliteit en Vervoer heeft een werkgroep met de gewestelijke overheidsdiensten, de sectorfederaties Agoria en Febiac en het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) een nieuwe gedragscode uitgewerkt voor het testen van geautomatiseerde voertuigen op de openbare weg. Die werd op vraag van minister van Mobiliteit François Bellot door de Ministerraad goedgekeurd. Het congres van ITS Belgium, het jaarlijkse trefpunt voor managers en specialisten uit de private en publieke sector op het vlak van intelligente vervoerssystemen, was de uitgelezen plaats om de gedragscode aan de doelgroep voor te stellen.
Evolutie
De technologische evolutie in de auto- en transportsector staat niet stil en steeds meer fabrikanten experimenteren met technologische ondersteuning van de bestuurders van voertuigen. Dit kan gaan van geavanceerde cruise-controlsystemen tot volledig zelfrijdende voertuigen, waarbij de bestuurder enkel in noodsituaties moet ingrijpen.
Die systemen bieden een enorm potentieel om de negatieve effecten van het wegvervoer tegen te gaan: ze verminderen het aantal verkeersongevallen, maar verscheidene toepassingen leiden ook tot minder CO2-uitstoot en een efficiëntere verkeersdoorstroming.
?Dergelijke technologieën zijn dus zeer welkom, maar moeten uiteraard eerst in een realistische omgeving getest kunnen worden. Daarvoor is de openbare weg het meest geschikt. Het is de taak van de overheid om het evenwicht te bewaken tussen het stimuleren van tests op de openbare weg en het garanderen van de verkeersveiligheid, zowel voor de bestuurder en eventuele inzittenden van het testvoertuig als voor de andere weggebruikers. De testorganisatie moet daarom aantonen dat ze er zorg voor draagt om mogelijke risico?s te minimaliseren?, verklaart minister Bellot.
§ rijhulpsystemen en gedeeltelijk of volledig geautomatiseerde voertuigtechnologieën op de openbare weg of op andere openbare plaatsen;
§ een breed scala aan voertuigen van kleinere geautomatiseerde pod's en shuttles tot traditionele voertuigen zoals auto?s, bestelwagens, bussen of vrachtwagens.
Testrijder
Wie tests op de openbare weg wil uitvoeren, heeft hiervoor de toelating van de fod Mobiliteit en Vervoer nodig. Daarnaast is een gewestelijke toelating vereist voor het gebruik van de infrastructuur. Bij tests op de openbare weg moet altijd een testrijder aanwezig zijn.
Wanneer een test uitgevoerd wordt op een andere openbare plaats dan de openbare weg (zoals het inzetten van pods in een voetgangerszone) of op een publiek toegankelijk privéterrein en het voertuig niet sneller rijdt dan 30 km per uur, is minstens een testoperator nodig. Die moet zich in tegenstelling tot een testrijder niet in het voertuig zelf bevinden, maar mag ook vanop een afstand de test begeleiden.