Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Materiaal

Houtornamentist Patrick Damiaens vervaardigt het antiek van de toekomst

De Maaseikse kunstenaar Patrick Damiaens mag zich de laatste voltijdse houtornamentist en heraldische beeldhouwer van Vlaanderen noemen. Deze artistieke ambachtsman, die vaak op basis van een tekening werkt, ontving in België bij koninklijk besluit reeds het Gouden ereteken ‘Eliten der Arbeid’ en heeft wereldwijd met zijn hoge afwerkingsnormen, hoogstaande kwaliteit en unieke positie een sterke reputatie en naambekendheid in zijn sector verworven.

hout hoofdfoto
Copyright:vanbelkomproducties



Zijn passie en de complexiteit en diversiteit van zijn métier spreken tot de verbeelding en wekten reeds meermaals de nieuwsgierigheid van kranten en magazines in binnen- en vooral buitenland. In eigen land zijn zijn kunstwerken helaas minder bekend, waarschijnlijk omdat zowat 95% ervan voor de export bestemd is.

“Het vak van houtornamentist is een oud kunstambacht dat misschien is uitgebloeid, maar gelukkig nog niet uitgedoofd en dat nog steeds waardevol en noodzakelijk is in onze hectische maatschappij. Onze creaties, die kunnen geïnspireerd zijn op vroegere stukken of op een eigen compositie of stijl, zouden wel eens het antiek van de toekomst kunnen worden”, oppert hij.

Deze artistieke ambachtsman wordt in binnen- en vooral buitenland geroemd omwille van zijn fijnheid van uitvoering, ook bij grote creaties.


Patrick Damiaens volgde een zesjarige opleiding Meubelmakerij-Schrijnmakerij op middelbare-schoolniveau aan het Technisch Instituut Sint-Jansberg in zijn eigen Maaseik. Daarna studeerde hij aan de vakschool nog vier jaar voor ornamentist, waarvan één jaar houtsnijwerk in dezelfde school en drie jaar houtornamentiek in het Institut Don Bosco in de Rue des Wallons in Luik. “Van de 36 leerlingen die zich daar oorspronkelijk hadden ingeschreven in onze opleiding bleven er na een praktische tekenproef uiteindelijk nog twaalf inschrijvingen over: één (Franstalig) meisje en elf jongens, van wie vier Vlamingen”, herinnert hij zich.

De Limburgse houtornamentist betreurt trouwens dat er behalve de nog bestaande opleiding in Sint-Jansberg vandaag weinig vormingen zijn in deze sector. Voor goede houtornamentisten is volgens hem immers steeds werk, want zijn agenda is volgeboekt tot in het voorjaar van 2020. “Ik blijf klanten verwelkomen die iets speciaals wensen en die zich oprecht opgelucht tonen wanneer ze me vinden”, stelt hij vast.

Na zijn opleiding vervulde Patrick Damiaens in 1989 zijn burgerdienst in Maaseik, waarbij hij intussen al thuis aan de slag ging in zijn tuinhuisje van 6 m² met een kast, een tafel en een werkbank. “Ik heb nooit in vaste loondienst gewerkt en ben in 1991 vrij snel zelfstandige geworden, onder mijn eigen naam en zonder personeel”, vertelt hij.



Een houtornamentist legt zich toe op kleiner en verfijnd houtsnijwerk. Hij ontwerpt ornamenten en composities en voert ze uit of sculpteert ze in verschillende diktes van 2,5 mm tot maximum 3 cm. Daarnaast is Patrick Damiaens gespecialiseerd in reconstructies en restauraties van bestaande kunstwerken. Hij vervaardigt meubel- en kunstschrijnwerk in edele houtsoorten zoals notelaar en kerselaar, maar ook in eikenhout kwartiers gezaagde planken (vroeger waren dit de meest waardevolle planken van de boom).

“Ik concentreer me op restauraties van de negentiende eeuw en reconstructies vanaf de zeventiende en achttiende eeuw in o.m. notelaar. Zo maak ik aan de hand van fotomateriaal een reconstructie van drie gestolen beeldhouwwerken uit omstreeks 1880 die speciaal gemaakt zijn geworden voor de graftombe van keizer Napoleon III in de abdij van het Engelse Farnborough. Ik maak zelf geen schrijnwerk, maar werk wel samen met vaklui die op een ambachtelijke manier werken; er ontstaat een hechte samenwerking met een schrijn- of meubelmaker om bv. een voordeur van sipo of afromosia van snijwerk te voorzien. Op deze manier kunnen mooie projecten verwezenlijkt worden. Ik werk graag met inheemse houtsoorten als lindehout (voor wapenschilden, zodat ik heel verfijnd kan werken), kerselaar en esdoorn. Daarnaast profileer ik me als een heraldische beeldhouwer die familiewapens realiseert”, licht Patrick Damiaens toe.

Pigmenten en schellak

Zo voerde hij recent in opdracht van een Nederlander die een computerbedrijf runt en in Atlanta (Georgia, USA) woont in hout een persoonlijk wapenschild uit dat deze laatste in 2007 in Nederland had laten ontwerpen. “Daar heb ik zowat vier weken aan gewerkt. Een kunstenares in Eupen heeft het bedekt met 24 K goud en bladzilver en voorzien van heraldische kleuren, waarbij ze werkte met pigmenten en verf die diepgang heeft. Een zevental krijtlagen worden op dat hout aangebracht en na elke laag wordt ze geschuurd en gepolijst. Na dit procedé voelt het kunstwerk aan als een porseleinen vaas. Op deze heel mooi gladgeschuurde krijtlagen wordt geschilderd volgens de techniek van de iconen, waarbij het kunstwerk laag voor laag wordt opgebouwd. Op witgoud en bladzilver wordt een laag schellak, op basis van de afscheiding van bepaalde luizen, aangebracht om oxidatie te voorkomen. De opdrachtgever heeft dit wapenschild onder zijn naam laten registreren bij de Stichting Nederlands Genootschap voor Heraldiek (NGH)”, vertelt Patrick Damiaens.

Hij benadrukt dat elk project speciaal en uniek is. Zo ontwierp hij ook reeds een groot wapenschild met twee schildhouders voor een Amerikaan van Joodse afkomst nabij Parris Island in South Carolina en voor diens broer. Het wapenschild bevat een kardoen, een eetbare distelachtige verwant aan de artisjok.

Patrick Damiaens werkt op dit moment aan een leuk project voor een woning in de Londense wijk Soho en herstelde in 2017 tien beschadigde eiken stoelen in de raadzaal van het historische stadhuis van Maaseik op de Markt. Dit anderhalve eeuw oude meubilair werd de jongste decennia immers onvoorzichtig behandeld en liep hierdoor averij op. De herstelde stoelen staan intussen opnieuw in de raadzaal.

“Gedurende vier jaar twistten de katholieken en de liberalen over de dikke eik in het midden van de Markt van Maaseik. De liberalen wilden de boom behouden en hiertoe het standbeeld van Jan en Hubert Van Eyck aan de zijkant plaatsen, terwijl de katholieken vonden dat beide schilderbroers in het midden van het plein verdienden te staan. De laatsten wonnen het pleit. In 1864 werd het standbeeld onthuld, dat echter een compromis vormde. De liberalen wilden met het hout van de omgehakte boom nieuwe stoelen voor de gemeenteraad maken. In de jaren ’80 van vorige eeuw werden nog stoelen bijgemaakt van een andere eik. Na meer dan 150 jaar dienst en tientallen jaren van onvoorzichtigheid was de kroon van een tiental stoelen evenwel beschadigd en daarom besliste het schepencollege samen met het Autonoom Gemeentebedrijf Infrastructuur (AGBI) om ze door mij te laten restaureren. Ik heb ze naar mijn atelier overgebracht en in mijn vrije ogenblikken hersteld. Hierbij heb ik getracht om de houten uiteinden met nauwkeurige precisie na te maken, maar dat was niet makkelijk. Voor de verlijming van de piepkleine onderdelen heb ik een beroep gedaan op één van mijn cursisten in het avondonderwijs en in mijn streven naar een zo groot mogelijke authenticiteit heb ik producten als beenderlijm en traditionele waterbeits en boenwas gehanteerd. Je ziet het verschil niet tussen oud en nieuw”, verklaart Patrick Damiaens trots.

Dit project vormde de symbolische start voor de ingrijpende gedaanteverandering van het historische stadhuis, dat wordt gerestaureerd en toegankelijker gemaakt. Het stadhuis wordt tijdens de volgende legislatuur opnieuw een beleidsgebouw waar de burgemeester zijn kantoor zal hebben en de bijeenkomsten van het schepencollege zullen kunnen plaatsvinden.

De Maaseikse ornamentsnijder en heraldische beeldhouwer heeft bovendien een geoefend oog voor heraldische thema’s en familiewapens ontwikkeld. Zo vond hij bij een Brusselse topantiquair het verloren gewaande zestiende-eeuwse opzetstuk terug van een Brits monument in de St. Katharine Cree Parish-kerk in de Londense Leadenhall Street ter ere van de edelman Nicholas
Throckmorton. Damiaens, die familiewapens maakt voor klanten in de hele wereld, ontdekte het reliëf in het najaar van 2016 op de stand van deze kunsthandelaar tijdens de kunst- en antiekbeurs Antica in Namen. “Volgens deze laatste ging het om een Duits-Oostenrijks kunstwerk uit het midden van de zestiende eeuw, maar mijn buikgevoel vertelde me dat het van Engelse origine was. Ik maakte er foto’s van die ik postte op sociale media en al snel berichtte een Engelse vriend me dat het vermoedelijk een familiewapen van de Engelse familie Throckmorton betrof”, vertelt hij.

Merlet

Op het schild ontwaarde hij een merlet, een vogeltje uit de Engelse heraldiek dat aanduidt dat de eigenaar van het wapenschild de vierde zoon van een gezin is. Hieruit kon hij opmaken dat dit het familiewapen moest zijn van Nicholas Throckmorton, die een uiterst belangrijke rol heeft gespeeld in de Engelse zestiende eeuw. “Deze politicus, die van mei 1559 tot april 1564 Engels ambassadeur was in Frankrijk, had een vertrouwensrelatie met Queen Elisabeth I en de Schotse koningin Mary. Sir Nicholas Throckmorton en zijn familie werden echter ook vernoemd bij diverse complotten en hij werd een tijdlang voor verraad opgesloten in Windsor Castle, waardoor hij het vertrouwen van de koningin kwijtspeelde. De man ligt begraven in de St. Katharine Cree Parish-kerk, maar door talrijke restauraties weet niemand nog waar precies. In de kerk staat wel een monument te zijner nagedachtenis”, meldt Patrick Damiaens.

Tot zijn verbazing gaven het monument en het door hem ontdekte wapenschild blijk van dezelfde kwaliteit en stijl. Vervolgens vond hij in een boek een kopergravure uit 1793 waarop het albasten reliëf te zien was.

De antiekhandelaar vroeg voor het kunstwerk 20.000 €, maar bij het befaamde veilinghuis Christie’s in Londen vernam Patrick Damiaens dat het waarschijnlijk meer dan 37.000 € waard was. Bovendien vertelde Phil Manning, de toezichthouder van de Londense kerk, hem dat de opzetstukken vermoedelijk niet op wettelijke wijze waren verdwenen. Notities uit 1929 maken inderdaad gewag van de wapenschilden en de toezichthouder zond Damiaens tevens een foto uit dat jaar waarop ze zichtbaar zijn. Het monument verloor de voorwerpen waarschijnlijk in 1941, tijdens de Tweede Wereldoorlog. De bombardementen op Londen brachten schade toe aan een gebrandschilderd raam dichtbij het monument. “Van de mysterieuze verdwijning werd nooit aangifte gedaan, dus waarschijnlijk dacht de kerkverantwoordelijke dat de kunstvoorwerpen na de opruiming mee tussen het puin waren beland”, meent Patrick Damiaens.

Begin december 2016 nam hij contact op met de kunsthandelaar om het kunstwerk naar zijn oorspronkelijke plaats terug te brengen, waarna een advocaat gespecialiseerd in het opsporen van verdwenen kunst in opdracht van de Londense kerk met de antiquair begon te onderhandelen over de teruggave van het albasten familiewapen. De kunsthandelaar wou vergoed worden voor zijn kosten en de aankoopprijs en hij wilde een bewijs dat het kunstwerk inderdaad gestolen was, maar hij toonde zich wel bereid om mee te werken aan de terugbrenging ervan naar zijn rechtmatige plaats.

“Al mijn klanten zijn particulieren en als ik er elke maand eentje bij krijg, ben ik heel tevreden. Ik heb ook al wel vele prijsaanvragen ontvangen van bedrijven, maar heb nog nooit van hen een concrete opdracht gekregen; ze doen blijkbaar liever een beroep op Polen en Tsjechen om zelf zoveel mogelijk winst te maken. Een andere nare ervaring had ik toen ik een duif mocht maken om boven een gerestaureerde preekstoel in de Brugse Sint-Annakerk te plaatsen en waarover ik zelfs iets geschreven had op mijn blog; achteraf moest ik echter vaststellen dat mijn kunstwerk uiteindelijk niet in deze kerk bleek te zijn geplaatst. Zulke opdrachtgevers hoeven mij uiteraard nadien niet meer te bellen; als ik mijn hart en ziel in iets moois stop, wil ik immers ook dat het resultaat van mijn arbeid te zien is”, betreurt hij.

Van concurrentie ligt hij overigens niet wakker. “In 2016 en 2017 was respectievelijk 96 en 93% van mijn omzet bestemd voor export. Mijn klanten zijn behalve uit België ook afkomstig uit Brazilië, Engeland, Dubai, Rusland, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Nederland, Finland, de USA, Zwitserland en Spanje. Alle stukken worden met DHL verstuurd en alle klanten storten een voorschot van 10 tot 15%”, meldt hij.

Hierbij houden zijn opdrachten in de heraldiek en houtornamentiek elkaar in evenwicht. Zo deed hij in 2018 meer houtornamentiek en zal hij in 2019 vermoedelijk dan weer iets meer actief zijn met heraldiek. Patrick Damiaens legt zich ook toe op lambriseringen met ornamenten in Luikse stijl.

Libelletje

“Ik gebruik bij mijn werk alleen sculpteerbeitels, een kleine bovenfrees van Makita en een wipzaagje. Ik werk altijd thuis in mijn atelier van 20 m², getooid in mijn outfit van hout- en ornamentsnijder die ik over mij heen trek. Mijn hoge afwerkingsnormen vormen mijn handelsmerk en mijn verzekering voor de toekomst, want ze garanderen dat kunstliefhebbers over 150 jaar nog altijd kunnen zien dat mijn werken een ‘Damiaens’ zijn. Ik heb ook al voor adellijke families gewerkt en besef terdege dat bv. een wapenschild heel persoonlijk is en wordt overgedragen van vader op zoon. Eén van mijn belangrijkste stijlkenmerken en troeven is ongetwijfeld de fijnheid van uitvoering (ik kreeg mijn opleiding immers in Luik en het Luikse houtsnijwerk is zo verfijnd dat ik geleerd heb om ook zo te werken), zelfs bij grote creaties. Achteraf breng ik dikwijls op mijn werken als picturale handtekening een libelletje aan, al worden mijn werken sowieso gesigneerd met het jaar (bv. ‘Anno 2017’) of de vermelding ‘Fecit’. In kasten sculpteer ik deze signatuur erin, in andere creaties brand ik ze er met een brandstempel of ‘estampille’ in”, deelt hij mee.

Sinds 1997 geeft Patrick Damiaens ook avondcursussen in zijn discipline voor twaalf cursisten bij Syntra in Tongeren, op dit ogenblik op donderdagavond van 18.30 uur tot 22 uur, en dagcursussen op zaterdagvoormiddag van 8.30 uur tot zowat 12 uur, om praktische redenen: sommige cursisten komen van ver (Duitsland, Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Antwerpen, Namen, …). Hieraan nemen letterlijk alle leeftijdscategorieën van 19 tot 70 jaar deel, maar driekwart van de belangstellenden zijn wel heren en slechts één vierde dames. Na twee jaar geeft Syntra hen een diploma.

Ondanks zijn in eeuwenoude tradities gewortelde ambacht maakt Patrick Damiaens uitvoerig gebruik van hedendaagse communicatiemiddelen als een houtsnijblog (http://ornamentsnijder.blogspot.com/) met allerlei leuke weetjes zoals  zijn museumbezoeken, zijn creaties, rechtszaken, … evenals Facebook en filmpjes om zijn houtsnijwerk en ornamentiek in de kijker te plaatsen. Zijn nieuwe Nederlandstalige website http://www.patrickdamiaens.nl/, compatibel met smartphone, kan in de nabije toekomst ook gelinkt worden naar dezelfde sites in het Duits, Frans en Engels.

Tijdens een bouwbeurs in Namen reikte een vertegenwoordiger van het commissariaat van de koning hem daarenboven het Gouden ereteken ‘Eliten der Arbeid’ uit, bij kb toegekend, voor zijn standvastigheid. “Meer mensen zouden daarvoor moeten ijveren; er is trouwens ook een zilveren en een bronzen ereteken. Een bedrijfsleider kan zijn personeel deze erkenning gunnen. Iemand moet je voordragen, maar je kan dit ereteken ook zelf aanvragen waarbij je dan een paar keer voor een commissie moet verschijnen”, informeert Patrick Damiaens.

Rechtszaak

De Maaseikse kunstenaar won daarenboven recent een ophefmakende rechtszaak tegen interieurketen Zara Home Belgium, deel uitmakend van het moederbedrijf Inditex, en schiep hiermee een precedent waarmee soortgelijke plagiaatmisdrijven in de rest van de wereld kunnen worden aangepakt. “Zara Home Belgium had één van mijn beeldhouwwerken van mijn blog, website of facebookpagina gehaald en op één van zijn kaarsen geplaatst. Die kaarsen verkocht Zara in tientallen landen online en waarschijnlijk ook in zijn fysieke filialen, want een Franse klant van mij trof ze aan in een Zara-winkel in Parijs en meldde mij dit. De dag nadien zag ik in de Zara Home-vestiging in het Wijnegem Shopping Center onmiddellijk dat het wapenschild dat ik had gemaakt voor een Nederlandse notaris inderdaad op hun kaarsen prijkte. We hebben allebei hierover in 2015 een aantal aangetekende brieven naar Zara Home Belgium en Nederland gestuurd. Bij de ontdekking ervan heb ik deze zaak gelukkig uitgebreid mogen toelichten in het Belang van Limburg zodat ik mij kon verdedigen, want anders gaf ik tegenover mijn klanten misschien nog de indruk dat ik hun unieke ontwerpen en mijn creaties doorverkocht om zo van twee walletjes te eten”, deelt de houtornamentist mee.

 

Door dit krantenartikel werd hij zelfs door Zara Home Belgium beschuldigd van laster, en dat was de druppel die de emmer deed overlopen. “Hiertegen heb ik Meester Dieter Delarue uit Antwerpen, gespecialiseerd in intellectuele eigendom (auteursrechtelijke zaken en plagiaat), ingeschakeld. De zaak is behandeld voor de Nederlandstalige Kamer van Koophandel in Brussel. Uiteindelijk is Zara Home Belgium dus veroordeeld en het is hiertegen niet in hoger beroep gegaan. Bovendien heeft de rechtbank opgelegd dat Zara Home zich voor dit misdrijf publiek moest verontschuldigen in het Nederlands Heraldisch Tijdschrift en een schadevergoeding moest betalen. Mijn advocaat heeft het afgelijnde verhaal afgeleverd bij De Standaard en De Tijd, zodat het waarheidsgetrouw de wereld kon worden ingestuurd. Deze plagiaatzaak heeft vorig jaar op de eerste pagina van De Tijd gestaan en is ook in een heleboel andere kranten en op de radio vermeld in binnen- en buitenland. Het uitgebreide vonnis staat online. Ik hoop dat andere kunstenaars en vaklui hieruit moed putten om in de toekomst soortgelijke misdrijven aan te pakken”, oppert hij.

Boek

Patrick Damiaens werkte enkele jaren geleden ook mee aan het boek ‘Manufactum’, waarin twintig Belgische ambachten voor het voetlicht worden geplaatst. “Ik ben oprecht begaan met (de promotie van) vakmanschap en kreeg waarschijnlijk daarom een telefoontje van de Gentse uitgeverij Snoeck met de vraag om mee te werken aan dit boek over twintig Belgische ambachtelijke bedrijven, waarbij ik in ruil voor een financiële bijdrage een aantal exemplaren ontving. Ik heb meteen ook gevraagd om mee te helpen aan de concrete samenstelling van deze uitgave en heb 90% van de mensen die hierin staan overtuigd van hun medewerking aan dit lovenswaardige initiatief. De publicatie is geschreven in het Nederlands en het Frans enerzijds en in het Engels en het Frans anderzijds. De eerste druk dateert van 2014. Ik kom er als eerste in aan bod en controleer enigszins het verhaal. In deze fraaie uitgave komen ook o.m. een molenbouwer, een kunstsmid, een steenkapper, een glazenier en een piano- en een orgelbouwer aan bod. De auteurs richten eveneens de schijnwerpers op een vakman die goudleer vervaardigt, een minder bekend ambacht”, glundert de Maaseikse houtornamentist.

 
 

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten