1.000 ton op 100 m

De nieuwe kraan werd in België gebouwd en voor een deel bij ons en voor een deel in de Verenigde Staten ontworpen. Deze SGC-140 is een doorontwikkeling van de SGC-120 uit 2011. Het plannen, tekenen, berekenen en bouwen duurde alles samen zowat één jaar en gebeurde allemaal bij het bedrijf zelf. In die periode werkten gemiddeld vijf tot tien ingenieurs en tien werknemers aan de opbouw. De eigenlijke montage ter plaatse neemt zes weken in beslag. Deze kraan verhuist na het testdraaien in de Gentse haven naar Kazachstan, waar ze drie jaar ingezet zal worden.

De SGC-140 is een fraai staaltje van Belgische wetenschap en ondernemerschap. De nieuwe machine levert vooral interessant en indrukwekkend cijfermateriaal op. De mast van de kraan is standaard 118 m lang en weegt 515 ton, maar je kan die vervangen door een mast van 130 m en dan nog een hulpgiek plaatsen van 100 m, zodat je op een maximale giek-lengte van 230 m komt. Uiteraard ligt de hefcapaciteit dan lager. De ‘boom’ is 60 m lang en weegt 250 ton.

Spoorplatform

De kraan draait op een eigen spoorplatform met een buitendiameter van 45 m. Ze heeft standaard een tegengewicht van 4.000 ton. Anders dan bij een klassieke kraan is dat geen beton. De containers die gebruikt worden om de kraan in onderdelen van de ene werkplek naar de volgende te verhuizen, worden ter plaatse gevuld met zand, rotsen, … wat er ook maar ter plaatse te vinden is. Met een ‘operationeel’ tegengewicht weegt deze SGC-140 afgerond 7.000 ton.

10 km kabel

De winches werden geleverd door specialist Zollern. De toplieren zijn 2,1 km lang en in totaal heeft de machine in standaardopstelling zowat 10 km kabel. Omdat je moeilijk kan werken met één kabel die 1.000 ton houdt, hangt de haak aan 48 kabels. Die haak is een dubbele ramshoorn die op zich reeds 102 ton weegt.

Aandrijving

De SGC-140 van Sarens wordt elektrisch en hydraulisch aangedreven. Het hydraulische deel is voor het ‘rijden’ over de spoorcirkel. De elektrische aandrijving komt van zeven grote dieselgroepen van Caterpillar (Eneria). Die leveren elk zowat 500 pk/260 kW. Zes daarvan drijven de lieren aan, één is voor het zwenken. De power kan opgedreven worden tot 5.000 pk. De dieselaggregaten zijn allemaal Tier 4 en produceren maximaal 84 dB(A).

Deze machine is nagenoeg onverslijtbaar. Deze kranen doen heel gespecialiseerd en dus uitzonderlijk hijswerk. Soms realiseren ze slechts twee hijsbewegingen per werkdag. Voor de opdracht aan het TCO-project in Kazachstan wordt gerekend op 250 hijscycli. Sarens heeft steeds een eigen ploeg ter plaatse. De kraan op zich vertegenwoordigt een investeringswaarde van afgerond 30 miljoen €.

Mobiel

De SGC-140 is net als de SGC-120 mobiel. De 120 werd voor het eerst ingezet in de Verenigde Staten en ging daarna aan de slag in China, Frankrijk, Indonesië, Saudi-Arabië, India en de UK. Hijskranen van een dergelijke omvang worden ingezet voor het plaatsen van grote brugdelen en van petrochemische installaties, bij de bouw, renovatie of afbraak van kerncentrales, op grote scheepswerven, ….

Op de tekentafel

“Er liggen nog twee SGC’s op de tekentafel. Een SGC-90, die dus een stuk kleiner wordt dan de 120 en 140, en een SGC-250. Deze laatste zal op dat moment hoogstwaarschijnlijk de grootste hijskraan ter wereld zijn”, stelde ceo Wim Sarens bij de voorstelling van de SGC-140 in Gent.

Die machines zullen in 2018 operationeel zijn en er zijn reeds opdrachten/klanten voor gevonden. Sarens is dan wel nog steeds een Belgisch familiebedrijf, het heeft klanten (en medewerkers) over de hele wereld. Geen enkele opdracht is te zwaar of te hoog. En dat is bij Sarens meer dan een leuke slogan.