Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Openbare ruimte & Infra

Onderzoek toont aan dat Bouwshift in Vlaanderen noodzakelijk is

HOGENT en VITO onderzochten hoe de afgelopen vijftig jaar open ruimte is ingenomen, welke rol de gewestplanning daarin speelde en wat de toekomst brengt. Hieruit blijkt duidelijk dat de bouwshift wel degelijk nut heeft. Zonder dreigt Vlaanderen immers meer dan 40.000 hectare natuur en landbouwgrond te verliezen.

AdobeStock_410087017

De historische studie wijst uit dat de ‘verrommeling’ van Vlaanderen al in de jaren zestig en zeventig is ontstaan. Naarmate de voorlopige gewestplannen evolueerden naar hun definitieve vorm, werden meer en meer bebouwde percelen, die verspreid of in lintbebouwing voorkwamen, bestemd voor wonen. Volgens de onderzoekers blijven deze 43-jaar oude gewestplannen tot op vandaag de ruimtelijke ordening voor een groot deel van Vlaanderen bepalen. Sinds de definitieve vastlegging van de gewestplannen is namelijk maar 5% van het Vlaamse grondgebied in hoofdbestemming veranderd (1980-2020). De studie wees ook uit dat een groot deel van het bijkomende ruimtebeslag (ongeveer één derde) ‘ongepland’ werd toegestaan in de zachte bestemmingen, zoals landbouw en natuur (ze waren niet voorzien volgens de stedenbouwkundige voorschriften). Meer nog: dit fenomeen neemt de laatste jaren nog toe door de uitzonderingscultuur van zonevreemde afwijkingsregels, waardoor meer dan 50% van het ruimtebeslag in zachte bestemmingen terechtkomt. Het bijkomend ruimtebeslag (1975-2020) is ‘uitgesmeerd’ over het land en vertoont nauwelijks compactheid of concentratie. De snelheid van ruimteconsumptie verliep tijdens deze periode zelfs 2,5 maal zo snel als de bevolkingstoename.

Wat brengt de toekomst?

De studie onderzocht eveneens hoe het ruimtebeslag zich in Vlaanderen verder kan ontwikkelen tot 2050. Waar en hoeveel ruimtebeslag komt er bij als het beleid niet wordt gewijzigd en ervan wordt uitgegaan dat de ruimte-inname aan hetzelfde tempo doorgaat zoals gemeten in het laatste decennium? Tevens werd nagegaan welke verschillen de toepassing van een nieuw beleid (met name het uitvoeren van verdichtingsprincipes en beschermingsprincipes uit het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen - scenario BRV) zou opleveren. 

bouwshift

Opmerkelijke resultaten

Uit de resultaten blijkt dat het overaanbod aan harde bestemmingen (gecreëerd in de jaren ’60-’70) in beide scenario’s aanwezig. De prognoses wijzen uit dat er niet wordt geraakt aan een groot deel van de harde bestemmingen. Volgens de onderzoekers  komt dit vooral door de slechte ligging van een groot deel van de resterende bouwgronden (ten opzichte van de demografische en economische behoeften en prognoses). Ze concluderen daarom dat het overaanbod aan (slecht gelegen) gronden kan worden geneutraliseerd of herbestemd zonder aan de ontwikkelingskansen voor Vlaanderen te raken. Dit kan bovendien met slechts een beperkte verdichting (+6%) Het onderzoek toont ook aan dat de Bouwshift voor de open ruimte wel een significant verschil kan opleveren: zo’n 29.000 ha aan open ruimte in de zachte en 13.000 ha in de harde bestemmingen tegen 2050. 


Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten