Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Regelgeving

Soepelere vrijgave van borgsommen?

Het is een oud zeer dat borgsommen, die gesteld werden als waarborg voor een goede uitvoering van overheidsopdrachten soms jarenlang geblokkeerd blijven. Dat probleem kan zich ook voordoen met betrekking tot de borgsommen, die worden gesteld in het kader van de wet Breyne (private woningbouw). Een wetswijziging voorziet thans in de automatische vrijgave van borgsommen.

Soepelere vrijgave van borgsommen
©Freedomz - stock.adobe.com
Automatische vrijgave
 
Onrechtmatig geblokkeerde borgtochten in het kader van overheidsopdrachten, zullen voortaan automatisch worden  vrijgegeven na 15 jaar, op voorwaarde dat er geen gerechtelijke  procedure loopt. Voor borgsommen, die gesteld werden in het kader van de wet Breyne, is de termijn tien jaar, mits uiteraard ook op voorwaarde dat er geen gerechtelijke  procedure loopt.
 
Hiertoe werd de wet van 11 juli 2018 betreffende de werking van de Deposito- en Consignatiekas (B.S. 20 juli 2018) gewijzigd door de wet van 27 juni 2021 (B.S. 9 juli 2021) Deze nieuwe bepalingen traden in werking op 19 juli 2021.
 
Artikel 19/1, van de wet van 11 juli 2018 bepaalt voortaan dat de volgende geconsigneerde goederen kunnen door de Deposito- en Consignatiekas worden vrijgegeven aan de consignatiegever:
   1° de borgtochten gesteld in uitvoering van hoofdstuk 2, afdeling 3, van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten vijftien jaar na op het stellen van de borgtocht, tenzij de aanbesteder een juridische procedure tot voorafname van de borgtocht heeft ingesteld en hij de Deposito- en Consignatiekas hierover geïnformeerd heeft per aangetekend schrijven of via het elektronisch platform van de Deposito- en Consignatiekas (e-DEPO);
   2° de borgtochten gesteld in uitvoering van artikel 3 van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen tien jaar na de voorlopige oplevering of bij gebrek hieraan vijftien jaar na het stellen van de borgtocht, tenzij de koper of bouwheer een juridische procedure tot voorafname van de borgtocht heeft ingesteld en hij de Deposito- en Consignatiekas hierover geïnformeerd heeft per aangetekend schrijven of via het hogervermeld elektronisch platform (e-DEPO).
 
Alle borgtochten die meer dan dertig jaar zijn geblokkeerd, worden op 1 juli 2021 automatisch vrijgegeven, tenzij de partijen de Deposito- en Consignatiekas in kennis hebben gesteld van een geschil dat nog niet is opgelost.
Voor borgtochten die minder dan dertig jaar oud zijn, voorziet de wet een uiterste termijn tot 30 september 2021 om de Deposito- en Consignatiekas mee te delen dat een rechtszaak werd aangespannen voor de invordering van de borgtocht.
 
Procedure tot vrijgave borgtocht
 
Het is natuurlijk niet de bedoeling 15 jaar te wachten tot de borgtocht wordt vrijgegeven. De wet brengt geen wijziging aan de procedure die normalerwijze in het kader van een overheidsopdracht moet gevolgd worden om de vrijgave van de borgtocht te bekomen. Het is hier dan ook de plaats om bondig deze procedure in herinnering te brengen.
 
De aannemer, die een borgtocht dient te stellen voor de uitvoering van een overheidsopdracht,  richt zich steeds tot de financiële instelling, verzekeringsonderneming of erkende borgstellingskas voor het verkrijgen van de solidaire borgtocht. Eén van deze instellingen, en niet de Deposito- en Consignatiekas, is het aanspreekpunt voor deze borgtocht.
 
Een borgtocht blijft open staan tot de Deposito- en Consignatiekas een vrijgavebrief ontvangt van de aanbestedende overheid die de borgtocht heeft opgelegd.
 
Voor de vrijgave van de borgtocht richt de aannemer zich tot de aanbestedende overheid die de borgtocht heeft opgelegd. Het is enkel en alleen aan deze persoon om te beslissen over de vrijgave van de solidaire borgtocht.
 
In geval van akkoord, wordt de aanvraag tot vrijgave verstuurd ofwel rechtstreeks naar de Deposito- en Consignatiekas, ofwel naar de bank, verzekering of borgstellingskas, die de akte geopend heeft, die het op haar beurt naar de Deposito- en Consignatiekas stuurt.
Na ontvangst zal de Deposito- en Consignatiekas de vrijgave altijd communiceren aan de financiële instelling, verzekering of borgstellingskas die de akte van solidaire borgtocht heeft geopend.

Een solidaire borgtocht kan eventueel ook vrijgegeven worden door een vonnis, waarvan een kopie aan de Deposito en Consignatiekas wordt overgemaakt.
 
Hierbij dient wel opgemerkt dat de aannemer in principe niet langer een uitdrukkelijk verzoek moet indienen bij de aanbestedende overheid om de vrijgave van de helft of het volledige bedrag van de borgstelling te vragen.
 
Artikel 33, eerste lid, van het KB 14 januari 2013 bepaalt immers dat het verzoek van de opdrachtnemer om over te gaan tot de voorlopige oplevering geldt als verzoek tot vrijgave van de eerste helft van de borgtocht, en het verzoek om over te gaan tot de definitieve oplevering geldt als verzoek tot vrijgave van, hetzij de tweede helft, hetzij het geheel van de borgtocht, al naargelang al dan niet in een voorlopige oplevering is voorzien.
 
Deze maatregel kadert in de zorg om de formaliteiten te beperken en zodoende tot een administratieve vereenvoudiging te komen. In de praktijk zal het wellicht toch nog nuttig zijn een afzonderlijk en uitdrukkelijk verzoek tot vrijgave van de borgtocht in te dienen, ook al is dit niet meer strikt verplicht. Sommige bestekken, die niet volledig zijn aangepast aan de nieuwe regelgeving, voorzien nog wel in de verplichting een verzoek in te dienen tot vrijgave van de borgtocht. In dat geval lijkt het aangeraden deze werkwijze te volgen. 
 
Termijn om borgtocht vrij te geven
 
In de mate dat de borgtocht kan worden vrijgegeven, verleent de aanbesteder, binnen vijftien dagen na de dag van het verzoek, handlichting aan de Deposito- en Consignatiekas, aan de borgstellingskas, aan de kredietinstelling of aan de verzekeringsonderneming, al naargelang. Na deze termijn heeft de opdrachtnemer recht op de betaling:
  1° hetzij van een intrest, die in geval van storting in speciën of publieke fondsen, overeenkomstig artikel 69, § 1, wordt berekend op de neergelegde bedragen, eventueel verminderd met de gestorte intrest door de Deposito- en Consignatiekas of door een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult. De aanvraag tot teruggave van de borgtocht geldt in dat geval als schuldvordering voor de betaling van deze intrest;
  2° hetzij van de gemaakte kosten voor het behoud van de borgstelling, in geval van collectieve borgstelling of van een waarborg toegestaan door een kredietinstelling of een verzekeringsonderneming (art. 33, tweede lid, AUR).
 
De in artikel 69, § 1, K.B. 14 januari 2013 bedoelde intrest is dezelfde als deze die geldt in geval van laattijdige betaling van de vorderingsstaten.
 
In dit verband kan nog worden opgemerkt dat het niet zeer coherent is om te bepalen dat handlichting wordt gegeven binnen de vijftien dagen na de dag van het verzoek van de opdrachtnemer tot vrijgave van de borgsom.
 
Dit verzoek valt immers samen met het verzoek om tot oplevering over te gaan, voor zover de aannemer al een verzoek moet indienen. De aanbesteder beschikt vanaf dit verzoek over een termijn van vijftien dagen om de oplevering te doen of te weigeren. Binnen dezelfde termijn zou hij reeds moeten beslissen om de borgsom vrij te geven, mogelijks op een ogenblik dat de oplevering nog niet heeft plaats gehad. Sommige bestekken voorzien zelfs een termijn van dertig dagen om over te gaan tot voorlopige of definitieve oplevering.
 
Het ware logischer geweest de termijn om de borgsom vrij te geven te doen aanvangen vanaf het ogenblik van de oplevering, en niet vanaf het verzoek daartoe.

WILLY ABBELOOS

  

 

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten