Interview | Het toenemende belang van digitalisering en automatisering in de bouwsector
In de vorige editie brachten we al een eerste deel van het debat tussen Embuild en Bouwunie naar aanleiding van de komende verkiezingen. Vandaag geven we een weerslag van hoe Niko Demeester en Jean-Pierre Waeytens, respectievelijk gedelegeerd bestuurder van Embuild en Bouwunie, denken over de trend naar meer automatisering en digitalisering in de bouwsector. Hoewel de heren hierover in discussie gingen, bleken ze elkaar uiteindelijk mooi aan te vullen en een vrij compatibele visie te hebben.
Technologie opent vele deuren naar meer productiviteit en efficiëntie. Precies dat zijn voordelen die de toekomst van de bouw kunnen bestendigen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat steeds meer bedrijven stappen in deze richting zetten. Volgens zowel Bouwunie als Embuild is dit een positieve trend die echter wel meerdere uitdagingen met zich meebrengt.
Interessant voor rekrutering
Niko Demeester legt meteen de link naar de ‘war for talent’. “Steeds vaker wordt een deel van het werk naar het ‘atelier’ of een ‘bouwfabriek’ verplaatst. Dat heeft positieve consequenties voor het imago van de bouw én het aantrekken van nieuwe krachten. Het werk in de fabriek is immers minder zwaar, vraagt andere skills, kan meestal op vaste uren gebeuren… Dankzij automatisering zijn er ook minder mensen nodig voor hetzelfde resultaat. Niet alleen omdat een deel van de taken machinaal kan worden uitgevoerd, maar ook en vooral omdat het personeel ten volle kan renderen. Ze verliezen minder tijd in de file, ze zijn inzetbaar ongeacht de weersomstandigheden, ze hoeven geen grote afstanden op de werf af te leggen… Verder kan het een oplossing zijn om bepaalde problemen met buitenlandse werknemers tegen te gaan. Wanneer de sector dergelijke fabrieken in pakweg Polen of Roemenië zou bouwen, kan sociale dumping worden tegengegaan én hoeven de arbeiders niet maandenlang uit hun familiaal leven worden weggerukt. We moeten er natuurlijk wel over waken dat we onze bouwactiviteiten voldoende in ons land blijven verankeren.”
Tijd om keuzes te maken
Toch is het verplaatsen van arbeid naar ateliers geen kip met enkel gouden eieren. Niko Demeester stelt het volgende: “Dergelijke fabrieken vragen meer kapitaal van de bedrijven. Ook zijn er vaak heel wat andere – hoger opgeleide – profielen nodig om alles te laten draaien. Helaas dienen de bouwactoren daarvoor in dezelfde vijver van de hele industrie te vissen, waardoor rekrutering wellicht nog lastiger wordt. Automatisering en digitaliseringen gaan bovendien met een toename van schaalgrootte gepaard. Het gevolg daarvan is dat veel spelers hun plaats in de totale ‘value chain’ moeten zoeken. Kortom, de actoren in de bouw zullen keuzes dienen te maken. Word ik een integrator? Focus ik me op pre-assemblage of in het onderhoud nadien? Specialiseer ik me in planning? Etc. Natuurlijk geldt dit niet voor alle marktspelers. Zo zien we dat de grotere bouwbedrijven steeds vaker voor verticale integratie kiezen, zodat ze in een breed spectrum de schakels in eigen beheer kunnen uitvoeren. Het zijn vooral de kleinere kmo’s die echt een keuze zullen moeten maken. Het is dan ook aangeraden dat ze daar nu al over nadenken en hun businessmodel/investeringen op de uiteindelijke keuze afstemmen.”
Tijd om keuzes te maken
Toch is het verplaatsen van arbeid naar ateliers geen kip met enkel gouden eieren. Niko Demeester stelt het volgende: “Dergelijke fabrieken vragen meer kapitaal van de bedrijven. Ook zijn er vaak heel wat andere – hoger opgeleide – profielen nodig om alles te laten draaien. Helaas dienen de bouwactoren daarvoor in dezelfde vijver van de hele industrie te vissen, waardoor rekrutering wellicht nog lastiger wordt. Automatisering en digitaliseringen gaan bovendien met een toename van schaalgrootte gepaard. Het gevolg daarvan is dat veel spelers hun plaats in de totale ‘value chain’ moeten zoeken. Kortom, de actoren in de bouw zullen keuzes dienen te maken. Word ik een integrator? Focus ik me op pre-assemblage of in het onderhoud nadien? Specialiseer ik me in planning? Etc. Natuurlijk geldt dit niet voor alle marktspelers. Zo zien we dat de grotere bouwbedrijven steeds vaker voor verticale integratie kiezen, zodat ze in een breed spectrum de schakels in eigen beheer kunnen uitvoeren. Het zijn vooral de kleinere kmo’s die echt een keuze zullen moeten maken. Het is dan ook aangeraden dat ze daar nu al over nadenken en hun businessmodel/investeringen op de uiteindelijke keuze afstemmen.”
Niet helemaal akkoord
Bouwunie blijkt het met deze stellingen niet helemaal eens te zijn. Jean-Pierre Waeytens: “Ik geloof niet dat digitalisering en automatisering tot een algemene upscaling zullen leiden. Er zijn genoeg mogelijkheden om technologie op kleinere schaal door te voeren. Toch mogen de kmo’s niet aarzelen om op deze trein te springen. Ooit hoorde ik de slagzin ‘het is nog nooit zo snel gegaan als nu, maar weet dat het nooit meer zo traag zal gaan als nu’. Alle bedrijven moeten zich daarvan bewust zijn. Gelukkig is de algemene teneur op dat vlak bijzonder goed. Digitalisering, BIM, virtual reality, drones, sensoren… het zijn zaken die in de bouwsector stilaan eerder gemeengoed dan uitzondering zijn. De ondernemingen hoeven niet altijd erg grote investeringen te doen om met technologie aan efficiëntie te winnen. Zo bieden 360° camera’s erg veel troeven terwijl ze bijna niks kosten. Trouwens, 100% automatiseren en digitaliseren is volgens mij zelden mogelijk, noch op de werven en al zeker niet in renovatieprojecten. Sowieso raden we onze leden aan om niet te digitaliseren om te digitaliseren. Elke stap in deze richting dient de efficiëntie en de veiligheid te verhogen, anders hebben de investeringen weinig zin. Wel kunnen we ons vinden in de stelling dat bedrijven keuzes zullen moeten maken over welke rol ze zullen vervullen. Een mooi voorbeeld zien we in de wereld van gasketels en warmtepompen. Deze systemen worden vandaag veelal door een partij geplaatst, door een andere afgeregeld en door een derde onderhouden. Vroeger gebeurde dat door een enkele marktspeler die er ook nog eens het sanitair bij deed. Het is duidelijk dat we evolueren naar een verfijnde opsplitsing van het takenpakket.”
‘Backoffice’ krijgt meer gewicht
Niko Demeester wijst er verder op dat er de technologische (r)evolutie een verschuiving van ‘frontoffice’ naar ‘backoffice’ met zich meebrengt. Hij verduidelijkt: “Vroeger draaide het vooral om de arbeiders en de werfleiders die het werk op de werf uitvoerden en daar de centen verdienden of verloren. Door de digitalisering neemt het ‘gewicht’ van de bedienden enorm toe. Dankzij ICT-tools kan heel wat werk immers al in de conceptfase en/of vanuit de backoffice worden gerealiseerd. En hiermee kunnen we opnieuw de brug met de ‘war for talent’ slaan: de vraag naar bedienden en hoger opgeleiden neemt sterk toe. Het invullen van deze vacatures is echter niet gemakkelijker dan deze van de arbeiders. Zoals eerder al aangegeven vissen we daar met alle sectoren in dezelfde vijver.”
Naar meer veiligheid…
Beide geïnterviewden benadrukken dat digitalisering en automatisering ook een belangrijke rol zullen spelen in het verhogen van de veiligheid in de ateliers en zeker op de werf. Jean-Pierre Waeytens: “Nu wordt veiligheid al te veel met administratie geassocieerd. Aannemers moeten risicoanalyses uitschrijven en inspecteurs controleren voornamelijk of de papieren in orde zijn. In geval van incidenten spelen deze documenten een grotere rol dan de effectief genomen maatregelen. Daar moeten we echt van af.” ” Niko Demeester vult aan: “Ook dienen de bedrijven zich meer bewust te worden van het feit dat digitalisering en cybercriminaliteit hand in hand gaan. Zowat elke dag horen we wel dat een lid werd ‘aangevallen’. Het mag niet de bedoeling zijn dat andere mogendheden of malafide personen toegang tot bouwplannen krijgen. Of dat ze bedrijfsgegevens ‘gijzelen’ in ruil van losgeld. Onze sector staat al genoeg onder druk. Preventief optreden is hier de boodschap, maar veel actoren gaan nog veel te laks om met deze dreiging.”