Aandachtspunten bij renovatie van een warmwaterinstallatie
Door de toenemende isolatie en de daardoor verminderde verwarmingsbehoefte weegt de productie van sanitair warm water (sww) zwaarder door op het energieverbruik van de woning. Bij het vernieuwen van een sanitaire installatie wordt niet alleen de huidige epb-regelgeving in acht genomen, maar speelt men ook in op de toekomst (2030). Dit artikel legt de nadruk op de energetische kant, maar er zijn aspecten die soms nog belangrijker zijn, zoals gezondheid en hygiëne.
Anders dan bij een nieuwe installatie biedt een renovatie het voordeel dat het verbruik meetbaar is en de warmwaterbehoefte dus veel nauwkeuriger bepaald kan worden. Als de behoefte bekend is, kan de installatie nauwkeurig gedimensioneerd worden (vermogen van het productietoestel, eventuele opslagvolume en diameter van de leidingen) en kan men verliezen beperken door overdimensionering te vermijden (die zeer vaak voorkomt bij bestaande installaties, zeker bij collectieve).
Productie
Als het productietoestel verouderd of aan vervanging toe is, gaat de voorkeur naar een efficiënt toestel, zoals een condensatieketel of een warmtepomp. Een opslagtank moet zo mogelijk vermeden worden, tenzij er een zeer grote behoefte op zeer korte tijd bestaat of indien de tank het gebruik van hernieuwbare energie kan optimaliseren (thermische of fotovoltaïsche zonnepanelen, elektriciteit opgewekt door windenergie of hydraulische energie, biomassa ').
Nieuwe energie-efficiënte toestellen installeren heeft weinig zin als de rest van een verouderd systeem behouden blijft. Het is dus altijd raadzaam om de installatie voor het verdelen van warm water te evalueren volgens de behoeften en wensen van de klant enerzijds en van het toekomstige gebruik anderzijds. Deze evaluatie wint aan belang indien het om een collectieve installatie gaat (bv. in appartementsgebouwen met centrale warmwaterproductie).
Kraanwerk
Het oude kraanwerk vervangen door kranen met een debietbeperking of een straalbreker, die een gevoel van comfort combineren met een verminderd debiet, vermindert direct de behoefte aan warm water en dus ook het verbruik. Door hun beperkte debiet hebben deze nieuwe kranen een gunstige invloed op het benodigde vermogen van het productietoestel en dus op het energieverbruik.
Het plaatsen van een regendouche kan de behoefte aan sanitair warm water daarentegen aanzienlijk doen toenemen. Die behoefte moet eveneens in rekening gebracht worden bij het dimensioneren van de nieuwe installatie.
Verdeling
Om een nieuwe installatie van sanitair warm water te optimaliseren, moet men in de eerste plaats de compactheid ervan in beschouwing nemen. De vochtige ruimten (voornamelijk de keuken, de badkamer en de douchecel) bevinden zich idealiter in elkaars nabijheid en de gecentraliseerde sww-productie zou zo dicht mogelijk bij de tappunten geplaatst moeten worden. Een niet-compact leidingennetwerk kan al snel zorgen voor aanzienlijke wachttijden en dito uittapvolumes van de verschillende tapleidingen (zie WTCB-Dossier 2014/2.12).
Een gegalvaniseerde leiding van ½', met een lengte van 15 m, heeft een capaciteit van meer dan 3 l water. Gelet op de wachttijd gaat er ook nog eens 4,6 l water verloren voordat er warm water uit de kraan komt. Op een jaar tijd komt dit neer op zo'n 1,6 tot 2 m³ water per leiding (bovenop de energie die verloren gaat bij het afkoelen). Indien men deze leiding vervangt door een koperen leiding van 3 m met een diameter van 12 mm (maximaal debiet van 7 l/min), zal er nog maar 120 l water per jaar verloren gaan (of 14 keer minder).
In eengezinswoningen zijn circulatieleidingen voor sanitair warm water niet aangewezen. Een grondige renovatie is het ideale moment om te overwegen de ruimten te verplaatsen en te hergroeperen. Ofwel kan men kiezen voor een performante (gedecentraliseerde) lokale sww-productie. Indien geen van beide in overweging kan genomen worden, moet men alsnog een circulatieleiding voorzien om de wachttijd te beperken. Belangrijk is om deze zeker te isoleren.
De epb-regelgeving voor nieuwe gebouwen of renovaties die een stedenbouwkundige vergunning vereisen, legt op om de circulatie- of verwarmingsleidingen te isoleren in overeenstemming met de in bijgaande tabel vermelde dikten. Deze waarden moeten in de mate van het mogelijke in acht genomen worden. Het isoleren van de uittapleidingen tot aan de tappunten is niet verplicht.Energierecuperatie
Tegenwoordig bestaan er verschillende horizontale en verticale toestellen voor warmteterugwinning uit afvalwater (zie WTCB-Dossier 2015/4.13). Mede dankzij de installatie van dergelijke systemen verminderen de behoeften en het benodigde vermogen van het productietoestel, kan de opslagtank drastisch verkleind worden of de autonomie van de bestaande tank verhoogd worden.
Bron: het artikel 'Energetische renovatie van de sanitair-warmwaterinstallatie' van ir. Olivier Gerin, onderzoeker bij het laboratorium Watertechnieken van het WTCB, in WTCB-Contact 2016/1. Er mag alleen verwezen worden naar het artikel zelf, te vinden op www.wtcb.be, doorklikken op WTCB-Contact onderaan op de homepage.