In Antwerpen monitoren verschillende meetstations continu hoe het met de luchtkwaliteit gesteld is. Dit zijn grote en dure installaties, die heel betrouwbare cijfers geven over de kwaliteit van de lucht in de directe omgeving. De meetstations bestuderen onder andere de impact van de lage-emissiezone (LEZ) op de uitstoot van schadelijke stoffen. Dankzij de data van de meetstations kunnen VMM en VITO luchtkwaliteitskaarten opstellen die aangeven welke zones in de stad minder of meer af te rekenen krijgen met een slechte luchtkwaliteit.
Fijnmazig
De gegevens van die grote meetstations zijn echter niet altijd toereikend. Een veel dichter netwerk is nodig om een leefbaarheidsaanpak op buurtniveau of in omgevingen van scholen en kinderopvanginitiatieven op te zetten en te evalueren en om de luchtkwaliteitskaarten voort te verbeteren.
VITO en VMM stapten daarom in het Europese sensorproject sensEURcity om een fijnmaziger netwerk van goedkopere luchtkwaliteitssensoren uit te bouwen. Onderzoek is nodig omdat de metingen van lowcost-sensoren voor verschillende polluenten momenteel nog te onbetrouwbaar zijn. Het project past dan ook in de zoektocht om op een betaalbare en betrouwbare manier data te kunnen verzamelen over de realtime-luchtkwaliteit.
“Met deze sensoren hopen we ook de luchtkwaliteit in streetcanyons beter in kaart te brengen. In smalle straten met hoge gebouwen is voor gewone meetstations meestal geen plaats, terwijl de luchtvervuiling er toch langer blijft hangen. Nieuwe sensoren kunnen hier waardevolle extra data aanleveren om bijkomend beleid op te stoelen. Want: meten is weten”, stelt de Antwerpse schepen voor Leefmilieu Tom Meeuws.
Testplekken
VITO en VMM zullen de komende negen maanden in Antwerpen 34 nieuwe meettoestellen plaatsen. De stad Antwerpen zal mee op zoek gaan naar geschikte locaties voor de meettoestellen. Negen van die sensoren worden bij de reeds bestaande VMM-meetstations in Antwerpen geplaatst. Zo kunnen de resultaten van de nieuwe sensoren vergeleken worden met die van de bestaande meetapparatuur. De andere sensorboxen zullen gespreid worden in een studiegebied van 10 bij 10 km, maar in hoofdzaak binnen de Antwerpse ring.
De geplaatste sensorboxen met goedkopere luchtkwaliteitssensoren kunnen de polluenten fijn stof (PM10 en PM2.5), stikstofdioxide (NO2), stikstofmonoxide (NO), ozon (O3), koolstofmonoxide (CO), en koolstofdioxide (CO2) oppikken.
“In dit proefproject bouwen we een sensornetwerk uit van lowcost-sensoren in Antwerpen. Met de verzamelde gegevens krijgen we inzicht in de mogelijkheden van dergelijke systemen en de datakwaliteit. Op basis van de inzichten kunnen we de datakwaliteit verbeteren en verdere stappen zetten om de luchtkwaliteit fijnmazig te meten. Dit project bouwt verder op VITO’s kennis inzake luchtkwaliteitsmetingen, -modellering en testen van sensoren”, zegt Martine Van Poppel, projectcoördinator van VITO.
SensEURcity
Met het sensorproject sensEURcity wil het directoraat-generaal van het Europese Joint Research Center (DG JRC) met financiering van het directoraat-generaal Environment een fijnmaziger netwerk van luchtkwaliteitssensoren uitbouwen. In dit project zal een netwerk van sensorboxen (AirSensEUR) worden getest met daarin zogenaamde lowcost-luchtkwaliteitssensoren, ontwikkeld door het DG JRC. Het project vindt plaats in drie steden: Antwerpen, Oslo en Zagreb.