Als abonnee heb je toegang tot alle artikels op BOUWKRONIEK.be

Bouw en afwerking

Seco volgt nieuwe innovaties in bouw en openbare werken op de voet

Wat de technische controle van grote bouwwerken betreft heeft Seco wel iets van een dirigent als Lorin Maazel. De vergelijking kan ietwat vreemd lijken, maar één en ander wordt duidelijker wanneer we de rol van studiebureaus als Seco in bepaalde dossiers nader onder de loep nemen. Vaak fungeren ze immers als orkestleiders die hun klanten niet met een dirigeerstokje maar met hun expertise begeleiden.

seco hoofdfoto
x-default

Seco, dat in 2014 zijn 80ste verjaardag vierde, heeft de leiding in handen gegeven van een nieuwe ceo, Bernard Heiderscheidt, die reeds zes jaar voor het bedrijf werkt. De bouwsector richtte de coöperatieve Seco - acroniem van Sécurité en Construction - in 1934 op om onafhankelijke controles uit te voeren en bijgevolg de kwaliteit van de bouwwerken te verbeteren. Deze twee onwrikbare principes gaan sedert de jaren ’80 van vorige eeuw gepaard met het vaste voornemen om gelijke tred te houden met innovatie.

Seco boekt een omzet van 41 miljoen € en controleert het equivalent van 5 miljard € gehonoreerde prestaties. Dit cijfer komt overeen met 1.200 jaarlijks gecontroleerde fabrieken en meer dan duizend nieuwe projecten per jaar. Seco telt 300 medewerkers, onder wie niet minder dan 230 ingenieurs. Het heeft 160 coöperatieleden die allemaal afkomstig zijn uit de bouwwereld. Sedert 1987 is ook zijn internationalisering in een hogere versnelling geraakt en kreeg het via lokale dochterbureaus voet aan de grond in Luxemburg, Nederland, Frankrijk en Polen, maar zijn klanten zijn over Europa, Afrika, Azië en Zuid-Amerika verspreid. 

Tal van uitdagingen

De bouwwereld is een verzamelpunt geworden voor het merendeel van de hedendaagse uitdagingen, voegt Bernard Heiderscheidt eraan toe: uitdagingen inzake demografie, veiligheid, maatschappij, mobiliteit, milieu en energie, stedenbouw, enz. En in deze snel veranderende wereld dwingen ook de technologische uitdagingen in de brede betekenis van het woord tot verandering. Elektronica, robotica, energieproductie, nieuwe materialen en normen, de kringloopeconomie en de alom aanwezige digitalisering houden zowel nieuwe kansen als risico’s in. Nieuwe behoeften duiken op die de historische diensten naar het museum verwijzen. Die laatste leveren niet meer voldoende meerwaarde en zetten de prijzen dus onder druk.

Het is daarnaast ook zaak voor nichediensten te kiezen om de klanten bij te staan, gecombineerd met uitstekende prestaties en een grote deskundigheid van de medewerkers. Dit zijn twee troeven waarop Seco prat gaat en die het feit compenseren dat het bureau wellicht nooit het grootste of het goedkoopste uit zijn branche zal zijn. Een ander voordeel schuilt in zijn vermogen om te investeren in zijn ingenieurs door hen “sexy” projecten aan te bieden en hen voldoende naar waarde te schatten, waardoor ze minder geneigd zijn om te gaan kijken of het gras elders niet groener is. 

De graad van “vertrouwen” is eveneens bepalend. In dat opzicht kunnen Belgische controle- en certificatiebureaus zoals Seco beslist als voorbeeld dienen. Het schadepeil in de Franse bouwsector ligt trouwens viermaal hoger dan in België.

Vruchtbare grond

Seco haalt zijn inspiratie graag uit de technische vooruitgang en ziet die evoluties als een vruchtbare voedingsbodem voor de ondernemingen. Dhr. Heiderscheidt haalt zelf een uitspraak van Alvin Toffler aan: “De ongeletterden van de 21ste eeuw zullen niet diegenen zijn die niet kunnen lezen of schrijven, maar zij die niet kunnen leren, ontleren en herleren.” 

Vanuit die optiek verfijnde of ontwikkelde Seco nieuwe segmenten en vaardigheden, waarvan sommige in marktniches passen; denk maar aan fire engineering, offshore bouw, de aanpak van de buitenzijde van gebouwen, lichte gevels en timmerwerk, geluidsisolatie, bodemsanering, hoogtebouw of BIM.

Daarnaast werkt het bureau samen met de academische wereld, die eveneens vertegenwoordigd is in zijn technische raad. Dat geeft het niet alleen een lengte voorsprong, maar laat tevens toe de evoluties van onze tijd beter te doorgronden.

Een mix van competenties

De digitalisering van de bouwwereld is uiteraard één van de grote uitdagingen van dit ogenblik. Je kunt er onmogelijk aan ontsnappen indien je niet achterop wil blijven. “Een hedendaagse ingenieur verricht nu anderhalve maal het werk van een ingenieur van tien jaar geleden”, verklaart dhr. Heiderscheidt. In die context betekent het BIM-model een grote hulp, want de technische kennis kan op elk ogenblik worden geraadpleegd en gewijzigd. Maar het is belangrijk eenzelfde systeem uit te werken voor alle partijen op de bouwwerf, van de architect tot de schroothandelaar en van de inge­nieur tot de aannemer. Het dient tot niets een eigen systeem op maat en in functie van de eigen behoeften op te zetten. BIM is gebaseerd op uitwisseling en het huidige bouwen heeft ­alles te winnen bij een mix van competenties. 

 

 

Nieuwsbrief

Wens je op de hoogte te blijven van inzichten, projecten, trends en evoluties in de bouwsector? Schrijf je nu in blijf up-to-date!

Bouwprojecten