Meer bouwmachines verkocht in 2021
Vorig jaar verkochten de leden van Sigma, de beroepsvereniging van de invoerders en algemene vertegenwoordigers van materieel voor burgerlijke bouwkunde, bouw en goederenbehandeling, 5.678 bouwmachines. Dat is 22% beter dan de 4.630 van 2020 en zelfs nog 7% beter dan het vorige recordjaar 2019, toen 5.303 bouwmachines verkocht werden.
“Als we terugblikken op 2021 en de gerealiseerde cijfers vallen onze monden wijd open van verbazing. We dachten dat bomen niet tot in de hemel groeiden, maar dat bleek niet te kloppen. We stellen vast dat ze toch nog een stuk hoger konden. Er werden records gebroken die voordien onklopbaar geacht werden. Ik moet wel duidelijk vermelden dat dit enkel gaat over de Sigma-leden. Het is pas bij de voorstelling van het Economische Dossier van Sigma dat de volledige markt weergeven wordt, met dan ook een gefundeerde inschatting van de niet Sigma-leden”, stelt Sigma-voorzitter Dries Van Haut.
“Bij de compacte machines van minder dan 10 ton waren het vooral de minigravers die sterk stegen (25%) in verkoop. De compacte wielladers lieten een minder spectaculaire groei optekenen. Een gelijkaardig verhaal bij de machines van meer dan 10 ton waar het ook vooral graafmachines op rupsen en verreikers waren die de grote stijging in verkochte aantallen kenden. De wielladers deden het ook bij de grotere minder goed maar stegen nog steeds met meer dan 10%. En nog een paar losse, opvallende cijfers: accessoires zoals scharen en breekhamers stegen met 59%, maar brekers en zeven daalden dan weer met 36%. Er werden meer dan 100 dumpers verkocht. Voor de generatoren hebben we nog geen exacte cijfers. We merken wel dat bij de prime power er niet zo’n grote verbetering is, maar de noodstroomaggregaten deden het wel duidelijk beter dan in 2020”, somt Van Haut op.
“Hoopgevend is ook dat sinds september vorig jaar eindelijk alles begint los te komen en we eindelijk na jaren van kommer en kwel mogen hopen op beterschap. Bij de goederenbehandeling of lifttrucks stelden we een even spectaculair beeld vast als bij de burgerlijke bouwkunde. Ook daar een stijging van 22% tov 2021 naar 13.215 units in de Sigma-cijfers. Hier waren het vooral de heftrucks die hoge toppen scheerden in de verkoop. De elektrische vorkheftrucks stegen met 44% tot 3.109 units en de heftrucks met verbrandingsmotor stegen met liefst 84% tot 2.082 units. Magazijntrucks stegen met 6 tot 7 %”, weet de voorzitter.
“De orderboeken voor 2022 zijn fenomenaal. In het laatste kwartaal werden massaal veel bestellingen genoteerd. Bij de grote bouwmachines hebben we een orderportefeuille die liefst 65% hoger is dan vorig jaar en bij de kleine machines is er zelfs een bijna ongeloofwaardige groei in de orders van 80%. Dat zorgt er natuurlijk voor dat 2022 zeker geen slecht jaar zal worden, op voorwaarde dat we alles tijdig kunnen leveren. En daar wringt nu net het schoentje. Klanten stelden vast dat de levertermijnen snel aan het oplopen waren en begonnen massaal te bestellen. Maar we moeten opletten voor het ketchupfles-fenomeen. Door de combinatie van hoge vraag en leveringsproblemen loopt de keten vast. Als dan op een bepaald moment alles begint los te komen, komt er opeens te veel tegelijk met de daarbij gepaard gaande problemen en mogelijk zelfs een prijsimplosie. We moeten hopen dat er eerder een moderne knijpfles wordt gebruikt die beter te doseren is dan een glazen fles zoals vroeger”, stelt Dries Van Haut.
“In 2022 worden we geconfronteerd met drie problemen: mensen, materialen en geld. Sinds vorig jaar zijn er nooit geziene prijsstijgingen, ook midden in het jaar. Tussentijdse stijgingen van 4, 5 of 6% en meer bovenop de gewone jaarlijkse prijsverhogingen waren en zijn geen uitzondering. Soms zelfs verschillende na elkaar en ook dit jaar zit er nog wel één en ander in die richting aan te komen. Grondstoffenprijzen stijgen fors, energieprijzen gaan door het dak. Om nog maar te zwijgen van de loonkosten. We kenden nog maar pas een loonsprong van 5,15% en het Federale Planbureau spreekt op haar website al van een volgende overschrijding van de spilindex.”
Tweede probleem is de beschikbaarheid van materialen.
“Het allergrootste probleem is het vinden van de juiste mensen. Dat probleem was al vele jaren ernstig, vandaag is het ronduit dramatisch. Het lijkt wel of plots alle beroepen knelpuntberoepen geworden zijn. De economie draait op volle toeren, wat zeker een belangrijke rol speelt, maar in het verleden hebben we nog hoogconjunctuur gehad waarbij de tekorten op de arbeidsmarkt toch niet zo erg waren. Het is dan ook hoog tijd dat men de werkloosheidsval eindelijk eens aanpakt. Ik vrees alleen dat er weinig politici de politieke moed kunnen opbrengen om dat aan te pakken.”